Sebastiaan Dönszelmann e.a. - Handboek vreemdetalendidactiek

Handboek vreemdetalendidactiek

Wat zou het mooi zijn, hoopt Erik Kwakernaak , als de praktiserende docenten en de onderzoekers beter met elkaar zouden communiceren. Docenten zouden hun prak­ tijkkennis en -problemen duidelijker moeten maken aan de onderzoekers; onderzoe­ kers zouden daar meer mee moeten doen in de keuze van hun onderzoeksvragen en in de vertaling van hun onderzoeksresultaten naar de praktijk. ‘Onderzoekers leven vaak wel heel erg in hun eigen wereldje, waarin wetenschappelijke, methodologische criteria belangrijker zijn dan bruikbaarheid van de resultaten in de onderwijspraktijk in de scholen.’ ‘Er lijkt te weinig interesse voor de concrete dagelijkse praktijk. Een duidelijk symp­ toom is de geringe belangstelling voor de leergangen (methodes). Die bepalen voor een belangrijk deel wat in de lessen gebeurt en geven een beeld van de praktijk. Maar de leergangproductie is een apart circuit met een eigen dynamiek, die nauwelijks on­ derzocht wordt. Er is weinig openbare discussie over de kwaliteit van leermiddelen voor het vreemdetalenonderwijs. Dat moet beter kunnen, ook van de kant van de docenten.’ Wander Lowie geeft aan dat we meer kunnen leren van andere vakgebieden (met name in bèta) in de manier waarop de vaksteunpunten [red.: een samenwerking tus­ sen scholen, lerarenopleidingen en vakinhoudelijke experts aan de universiteit, zie www.platformtalen.nl] een goede verbinding vormen tussen onderzoek en onderwijs. Dat is bij de talen nog niet optimaal georganiseerd. ‘Een goed functionerend overleg­ orgaan waarin alle relevante partijen betrokken zijn, lijkt me van groot belang.’ Daniela Fasoglio vult aan:‘Zoek en creëer steeds gelegenheden ommet elkaar in dia­ loog te blijven, uit te wisselen en van elkaar te leren, in gelijkwaardigheid, openheid en vertrouwen.’ De onderwijspraktijk laat zich door inzichten uit onderzoek voeden en voedt onderzoek en curriculumontwikkeling vanuit de eigen ervaringen. Vakdi­ dactisch onderzoek laat zien wat effecten van interventies bij leerlingen en docenten zijn. Curriculumontwikkelaars signaleren trends, ontwikkelingen en kansen waar on­ derzoek op in kan spelen, en zij ondersteunen onderzoeksactiviteiten en docenten­ leernetwerken. Lerarenopleidingen houden zich op de hoogte van actuele inzichten en ontwikkelingen, voeren zelf vakdidactisch onderzoek uit en nemen hun studenten daarin mee. Kris Van den Branden houdt het kort: door beter met elkaar te communiceren, beter naar elkaar te luisteren, en elkaars unieke deskundigheid te respecteren.

Plaatsbepaling

Voor iedere docent en iedere docent in opleiding is het goed om, net als deze ex- perts, stil te staan bij de eigen opvattingen over onderwijs. Dat zijn opvattingen die deels voortkomen uit je eigen ervaringen met onderwijs als leerling en student, uit

30

Made with FlippingBook - Online catalogs