Peter Ale & Martine van Schaik - Reken-wiskundeactiviteiten stimuleren in de groep

tijdsbeleving en tijdsbesef (nu, straks, toen, vroeg/laat,

lang/kort, even, langzaam/snel)

Verbanden

Ervaring opdoen met:

Ervaring opdoen met:

- het gebruiken van tabellen, diagrammen en grafieken om hoeveelheden of informatie te ordenen en te vergelijken (bijvoorbeeld een beelddiagram gebruiken dat aangeeft hoe oud de kinderen op de groep zijn, om te kijken hoeveel méér kinderen er 3 jaar zijn ten opzichte van 2-jarigen) - het maken van tabellen, diagrammen en grafieken (bijvoorbeeld uittekenen met elkaar wie graag appel wil, wie banaan, enzovoort, bij het fruit eten/uitdelen) - het lezen van betekenisvolle tabellen

- het gebruiken van dagritmekaarten en dagplanningen (of

weekplanningen) van de eigen groep dagritmekaarten en dagplanningen (of weekplanningen) van de eigen groep

- het lezen van

* vaak wordt dit in groep 1-2 pas uitgebreid met de namen van de dagen van de week en de maanden van het jaar. Ook de gebeurtenissen in een jaar en het verloop van een jaar (volgorde van maanden, seizoenen, feestdagen, enzovoort) volgen vaak in groep 1-2. Een ander onderdeel dat dagelijks, zelfs meerdere malen per dag, aan bod komt, is het aan- en uitkleden. Dat komt voor bij: - gaan slapen/opstaan - spelen in de speelzaal/gymnastiekzaal In al die gevallen is er eveneens sprake van ervaringen opdoen met tijd en volgordelijkheid. In welke volgorde trek je je kleren uit of aan? Wat trek je eerst aan? Daarover met kinderen praten met behulp van pictogrammen zorgt ervoor dat ze zich bewust worden van vaste volgordes van aan- of uitkleden. [reflectieve overdenking] Het op chronologische volgorde leggen van plaatjes is een goede activiteit om met volgordelijkheid of oriëntatie in de tijd bezig te zijn. Hierbij is het vooral van belang om de kinderen te laten redeneren; het is niet snel fout. - buiten spelen - naar huis gaan