Peter Ale & Martine van Schaik - Reken-wiskundeactiviteiten stimuleren in de groep

Opdracht 16. Selecteer een prentenboek dat geschikt is om voor te lezen bij jou op de groep. Kies daarbij een prentenboek dat ook kansen biedt voor reken-wiskundige ontdekkingen. Bereid het voorlezen voor, waarbij je bedenkt welke vragen je wilt stellen en welk gesprek je hierbij wilt uitlokken. Maak hierbij gebruik van het artikel ‘Rekeninzichten stimuleren in interactie. Prentenboeken als handvat’ (Van Schaik, 2023). [einde opdracht]

3.3 De rekenontwikkeling van 0 tot 4 jaar in de andere rekendomeinen

De inhoudskaart van SLO geeft een compleet overzicht van de andere domeinen. Je kunt hem op de volgende manieren gebruiken: • als overzicht van de onderwerpen en doelen die aan bod moeten komen om peuters goed voor te bereiden op groep 1-2; • als hulp bij het ontwikkelen van activiteiten; • als checklist bij het inrichten van de groep. In de loop van deze paragraaf besteden we aan een paar onderwerpen extra aandacht. [Begin opdracht ] Opdracht 17. Bekijk de inhoudskaart van SLO eens goed. Ga voor jezelf na hoe de verschillende reken wiskundedoelen onder ‘Getallen: getalbegrip’ worden gestimuleerd bij jou op de groep. Hoe groot is het aanbod voor deze doelen bij jou op de groep? [Einde opdracht] Bij baby’s verloopt de ontwikkeling nog heel samenhangend. Er wordt hierbij vaak enkel onderscheid gemaakt tussen lichamelijke en verstandelijke (cognitieve) ontwikkeling. Kinderen groeien lichamelijk in de eerste twee jaar erg snel. Hieronder valt niet alleen de groei van het lichaam, maar ook de hersenontwikkeling, de motorische ontwikkeling en de zintuiglijke ontwikkeling. Cognitief ontwikkelen ze het denken. Ze ontwikkelen bijvoorbeeld het vermogen om een beeld in het geheugen vast te houden, zonder het te zien. Ook leert een baby allerlei vaardigheden en zal deze zich sociaal emotioneel en persoonlijk ontwikkelen. Baby’s leren doordat zij hun omgeving waarnemen en ‘ervaren’ met hun gehele lichaam (ze pakken van alles vast, stoppen dit in hun mond, horen geluiden en stemmen, ruiken, enzovoort). Ze proberen op deze manier hun omgeving te verkennen. Hierbij leren ze door zelf dingen te doen en te ervaren, door eindeloos oefenen en herhalen, en door imitatie (nadoen). Zo kunnen peuters zeer betrokken zijn bij het ‘zetten van koffie’, omdat zij dat hun ouders zien doen, of onvermoeibaar blokkentorens bouwen, waarna ze ze vrolijk omgooien (zie figuur 3.12).

Made with FlippingBook flipbook maker