Peter Ale & Martine van Schaik - Reken-wiskundeactiviteiten stimuleren in de groep

* Zie ook ‘het afpassen van maten’ in paragraaf 5.2 om zicht te krijgen op de manier waarop kinderen maatbesef ontwikkelen voor de verschillende maten in het dagelijks leven. ** Meestal komt de rekenfunctie pas voor in de middenbouw (groep 3). [Begin opdracht] Opdracht 13. In tabel 3.2 staat een overzicht van verschillende functies van getallen. Welke voorbeelden van getallen kom jij tegen wanneer je tien minuten om je heen kijkt? Welke functie hebben die getallen precies? Op de website vind je een werkblad dat je kunt invullen. [Einde opdracht] Getalbegrip stimuleren – het koppelen van een hoeveelheid aan een getalbeeld/-symbool De hiervoor genoemde onderdelen (telrij kennen, hoeveelheden tellen en getallen herkennen) stimuleren allemaal het getalbegrip. Belangrijk hierbij is dat het kind een getal in verband leert brengen met een hoeveelheid en met het cijfersymbool dat daarbij hoort. Als het cijfersymbool als hoeveelheid wordt gezien, noemen we het een getalsymbool. Het kind weet dat bij het woord ‘vijf’ het symbool 5 hoort, en vijf objecten (het ziet bijvoorbeeld vijf sterren: *****). Jij kunt het getalbegrip van jonge kinderen stimuleren door concrete voorwerpen te laten tellen. Doe hardop voor hoe je zelf telt (wijs de objecten aan tijdens het tellen) en koppel dit ook aan het getalsymbool dat daarbij hoort. [begin ter overdenking] In de voorgaande alinea wordt het tellen concreet gemaakt doordat het kind kan zien en beetpakken wat het telt (of wat er geteld wordt). Het hardop zeggen wat het kind doet heet het verwoorden van de handeling. Het laten zien van voorwerpen noemen we visualiseren. Door de objecten ook te laten aanraken kan het kind de hoeveelheid ook voelen. Ook de cijfersymbolen kun je laten voelen wanneer je gebruikmaakt van (montessori-)speelleermaterialen, zoals cijfers om te voelen (zie figuur 3.8) of het getallenplankje (zie figuur 3.9) of voelboekjes waarin geteld wordt en de cijfersymbolen te voelen zijn met de vingers (zie figuur 3.10).

Figuur 3.8 Cijfers om te voelen

Made with FlippingBook flipbook maker