Peter Ale & Martine van Schaik - Reken-wiskundeactiviteiten stimuleren in de groep

o je precies voldoende helpt/ondersteunt: niet te veel maar ook niet te weinig; o je goed nagaat welke ondersteuning helpend is: stel vragen, moedig aan of doe de opgave eventueel samen; als het kind echt geen idee heeft, doe de opgave dan voor met een passende aanpak; o je de begeleiding stopt wanneer het kind op de goede weg geholpen is en zelf verder kan, of die anders langzaam afbouwt. Dit houdt in dat je steeds minder hulp biedt en het kind steeds meer zelf de regie geeft over wat te doen en op welke wijze. Uiteraard voorzie je het kind ondertussen wel steeds van feedback, waardoor het kind weet of zijn aanpak goed is of hoe het die kan aanpassen. Zo komt het kind uiteindelijk zelfstandig tot de goede oplossing.

Figuur 2.5 Rekentaalkaart (bron: Munk et al., 2016-2017, p. 51) [ voorbeeld ] De begeleiding van een opgave voorbereiden met behulp van de rekentaalkaart De opgave luidt als volgt: ‘Een metselaar gaat een muurtje bouwen. Hij heeft een pallet met 8432 stenen. Hij gebruikte 6841 stenen voor het muurtje. Hoeveel stenen blijven er over?’ Rekendoel Het rekendoel is: aftreksommen van viercijferige getallen goed kunnen uitrekenen. Denkstappen - Je kunt denken vanuit de context , de situatie: ‘Ik kan van die 8432 stenen er één voor één stenen afpakken tot dat ik aan het getal 6841 ben en tegelijkertijd steeds één aftrekken van wat er overblijft. - Je kunt denken vanuit een model , bijvoorbeeld een schematische tekening, waarbij de stenen zijn afgebeeld in groepen van duizendtallen, honderdtallen, tientallen en eenheden (zie figuur 2.6).

Made with FlippingBook flipbook maker