Donk - Praktijkonderzoek in zorg en welzijn

1.1 Een positiebepaling van praktijkonderzoek

Tabel 1.1 laat zien dat de diverse onderzoeken elkaar kunnen aanvullen. Kennis uit fundamenteel onderzoek kan het uitgangspunt vormen voor toe gepast onderzoek. De opbrengsten van fundamenteel en toegepast onderzoek kunnen aanleiding zijn voor een praktijkonderzoek gericht op het verbete ren van het professioneel handelen van zorg- en dienstverleners in een speci fieke beroepssituatie. Het komt ook voor dat initiatieven voor fundamenteel en toegepast onderzoek ontstaan naar aanleiding van een praktijkonderzoek. Een thema wordt dan eerst in een specifieke beroepssituatie gesignaleerd en onderzocht. De resultaten van het praktijkonderzoek zetten anderen aan tot het onderzoeken van het onderwerp in bredere contexten of als algemeen verschijnsel. 1.1.3 Onderzoeksbenaderingen Er bestaan verschillende opvattingen over wat goed onderzoek is. Deze opvat tingen zijn onder meer gebaseerd op hoe we denken over de sociale werkelijk heid en over hoe kennis verworven wordt. Er wordt in dit kader ook gesproken over paradigma’s. De verschillende opvattingen over wat goed onderzoek is noemen we in dit boek onderzoeksbenaderingen . We presenteren drie belang rijke onderzoeksbenaderingen en leggen uit hoe deze benaderingen herken baar zijn in de wijze waarop we het doen van praktijkonderzoek beschrijven in dit boek. De positivistische onderzoeksbenadering Volgens deze benadering is kennis gebaseerd op dat wat direct waarneem baar is; er is één bestaande werkelijkheid. Hieruit volgt dat deze werkelijk heid (in ons geval de beroepspraktijk van zorg en welzijn) beschreven kan worden aan de hand van algemene wetmatigheden. Denk bijvoorbeeld aan de duur van een behandeling, de inrichting van ruimtes, de methodieken die gehanteerd worden en de beschikbare ondersteuning voor cliënten. Onderzoeksresultaten zijn hierdoor eenvoudiger te generaliseren. Je pro beert als onderzoeker zo zuiver mogelijk naar gebeurtenissen in de beroeps praktijk te kijken en zo veel mogelijk beïnvloedende factoren te herkennen en waar mogelijk uit te sluiten. Er zijn echter allerlei factoren die de algemene wetmatigheden beïnvloeden en daardoor vertroebelen. Voorbeelden van zulke beïnvloedende factoren zijn het nieuws van de dag, het humeur van een zorg- of dienstverlener, de sfeer in een groep en de persoonlijke omstandigheden van cliënten. Als je iets wilt onderzoeken – bijvoorbeeld of een bepaalde behandelmethode van invloed is op het welbevinden van een cliënt – dan zorgen zulke beïnvloedende factoren voor een vertroebeling van de onderzoeksresultaten. Kenmerkend voor een positivistische benadering is dat je probeert je onderzoek zo in te richten dat deze vertroebeling geminimaliseerd wordt, waardoor je ondanks die facto ren in staat bent uitspraken te doen over de werkelijkheid. Dat doe je door

25

Made with FlippingBook - Online Brochure Maker