Donk - Praktijkonderzoek in zorg en welzijn

1.3 Onderzoeksfuncties

eren gekozen hebt, leg je de norm en de praktijksituatie naast elkaar (vergelij ken) en zul je hieraan voorafgaand ook de norm moeten bepalen (definiëren) en de situatie in kaart moeten brengen (beschrijven). In een praktijkonderzoek kunnen dus meerdere onderzoeksfuncties gecom bineerd worden. De hoofdvraag van een praktijkonderzoek laat zien welke onderzoeksfunctie leidend is. De deelvragen maken duidelijk welke andere onderzoeksfuncties hieraan bijdragen. Een sociaal werker wil nagaan in welke mate het activiteitenaanbod in drie woongroepen van elkaar verschilt. Ze kiest voor een vergelijkend praktijk onderzoek. Om een vergelijking te kunnen maken, zal ze echter eerst een be schrijvend praktijkonderzoek moeten doen naar het activiteitenaanbod in de drie woongroepen. We proberen aan de hand van praktische voorbeelden de nuanceverschillen tussen de onderzoeksfuncties helder te maken. Wanneer je kennisgericht praktijkonderzoek doet, kies je voor een van de eerste vijf onderzoeksfuncties (paragraaf 1.3.1 tot en met 1.3.5). Ontwerponderzoek wordt als een op zichzelf staande onderzoeksfunctie gezien (paragraaf 1.3.6). 1.3.1 Definiërend praktijkonderzoek In de beroepspraktijk worden begrippen lang niet altijd door iedereen op de zelfde wijze opgevat en gehanteerd. Dit is niet altijd gemakkelijk als je met elkaar in gesprek gaat of samen ontwikkelingen in gang zet. Denk maar eens aan het begrip ‘volkswijk’. De ene persoon zal denken aan een wijk met veel laagopgeleide mensen, iemand anders denkt misschien aan een wijk met veel overlast en criminaliteit, enweer iemand anders denkt juist aan eenwijkwaar mensen wonen die veel steun aan elkaar hebben en voor elkaar opkomen. Als je een definiërend onderzoek uitvoert, probeer je de verschillen en overeen komsten in denkbeelden van mensen over bepaalde begrippen in kaart te brengen. Een organisatie profileert zich door te stellen dat zij vraaggerichte zorg biedt aan cliënten. Er vindt een definiërend onderzoek plaats naar wat de directie, de groepsleiders en de cliënten onder vraaggerichte zorg verstaan. 1.3.2 Beschrijvend praktijkonderzoek Om in een organisatie veranderingsprocessen in gang te kunnen zetten, zul je eerst goed moeten kijken wat collega’s in de organisatie van iets vinden, hoe de huidige processen op de werkvloer verlopen, wat de ervaringen zijn met bepaalde ontwikkelingen binnen andere organisaties, enzovoort. Het doel van deze onderzoeksfunctie is zorgen voor een beschrijving : het in kaart

35

Made with FlippingBook - Online Brochure Maker