John Bassant en Marianne Bassant-Hensen (red.) - Mensenwerk

8.6 De regie in eigen hand

Er waren volgens het CBS in 2013 1,6 miljoen arbeidsgehandicapten waarvan twee derde geen werk had of minder dan twaalf uur per week werkte. De positie van deze groep op de arbeidsmarkt is dus niet erg sterk. Zij die wel werken zijn vaak aangewezen op aanpassingen om dat werk goed te kunnen doen, hebben een laag inkomen en relatief hoge zorgkosten. Volgens de Algemene wet gelijke behandeling hebben zij ook op dit gebied gelijke rechten. Dat betekent dat de werkgevers verplicht zijn op verzoek van de chronisch zieke of arbeidsgehandicapte werknemer tot aanpassingen in het werk over te gaan. De bedrijfsarts en bedrijfsmaatschappelijk werker hebben hierin een belangrijke adviserende taak. Sinds de invoering van de Participatiewet in 2015 is de gemeente er verantwoordelijk voor dat iedereen die kan werken aan de slag gaat en waar nodig ondersteund wordt. Hiervoor krijgen gemeenten budget van de Rijksoverheid. Van gemeenten wordt ver- wacht dat zij deze groeiende doelgroep ondersteuning bieden, zodat zij ook daadwerke- lijk aan de slag kunnen gaan. Waar nodig is er ook ondersteuning om het salaris aan te vullen (inkomensondersteuning). In het sociaal akkoord dat tegelijkertijd met de invoering van de Participatiewet is afgesloten hebben werkgeversorganisaties, vakbonden en kabinet afgesproken om tot 2026 geleidelijk in totaal 125.000 extra banen te creëren voor mensen met een arbeids- beperking. Helaas is daar anno 2016 nog weinig van terechtgekomen. In 2014 is de inkomensvergoeding voor chronisch zieken vervallen en deels overge- gaan naar de gemeenten. Volgens het Nibud (Nibud 2013) dreigt daardoor een forse in- komensdaling. Dit is puur afhankelijk van de wijze waarop gemeenten deze taak, die aan hen is overgedragen, uitvoeren. Per gemeente kunnen behoorlijke verschillen optreden. 8.6 De regie in eigen hand Al vaker in dit hoofdstuk is geconstateerd dat de eigen regie van de cliënt een belangrijk onderwerp is voor de cliënt en dus voor de sociaal werker. In de zorg voor mensen met een chronische ziekte of beperking is er steeds meer aandacht voor hoe zij zelf met ziek- te en zorg om willen gaan. Dat komt tegemoet aan een lang levende wens van cliënten om niet de ziekte centraal te stellen, maar de vraag hoe om te gaan met ziekte en/of beperking in het eigen leven. De wens van de overheid om te bezuinigen heeft ook de aandacht vergroot voor wat de cliënt zelf kan doen. Dat mag voor professionals nooit de belangrijkste insteek zijn. Zelfmanagement en zelfmanagementondersteuning hebben om die reden een voorname plek verworven in de zorg. Zelfmanagement is wel omschre- ven als het individuele vermogen om goed om te gaan met symptomen, behandeling, lichamelijke en sociale consequenties en leefstijlveranderingen. Deze ontwikkeling is ver- sterkt door de invoering van het persoonsgebonden budget in de jaren negentig van de vorige eeuw, waardoor mensen met een chronische ziekte zelf konden beschikken over een budget om hun zorg te financieren.

181

Made with FlippingBook - Online magazine maker