John Bassant en Marianne Bassant-Hensen (red.) - Mensenwerk
6 Dak- en thuislozen
niet alleen verantwoordelijk voor de opvang, maar ook voor de begeleiding van deze doelgroep. Zoals voor alle doelgroepen is een indicatie nodig om toegang te krijgen tot hulp. Daarmee is de van oudsher laagdrempelige en generalistische hulp voor dak- en thuislozen naar de tweede lijn verschoven. Toegang zou door sociale wijkteams tot stand moeten komen. Dat wringt, daklozen wonen immers niet in een wijk en komen moeilijk of niet in aanraking met een wijkteam. Zij hebben geen tafel waaraan het ‘keukentafel- gesprek’ kan plaatsvinden. Daarom zie je gemeenten zoeken naar andere vormen van toegang voor deze doelgroep, bijvoorbeeld in de vorm van laagdrempelige loketfuncties zoals het ‘centraal onthaal’. Ook locaties voor nachtopvang blijven direct toegankelijk. Door de transitie in de hulpverlening verandert het werk ook inhoudelijk. Ook in deze sector is sprake van ambulantisering. Grootschalige opvangvoorzieningen zorgen nog wel voor directe kortdurende (crisis)opvang, maar het streven is om mensen zo snel mogelijk een plek te geven in de wijk en ze daar verder te ondersteunen. Scheiding van wonen en zorg is zichtbaar: in plaats van in woonvoorzieningen van organisaties komt de doelgroep te wonen in een eigen huurwoning, met ondersteuning van de maatschappe- lijke opvang. Een vorm die snel in ontwikkeling is en goed lijkt te werken is ‘Housing First’. Vanuit de gedachte dat een stabiele woonplaats een grondrecht is krijgt de dakloze eerst een woning. Met ondersteuning van een sociaal werker probeert hij vervolgens zijn leven weer op het spoor te krijgen. De sociaal werker volgt daarbij het tempo van de dakloze en schakelt de hulp in die nodig is: psychiatrische hulp, verslavingszorg, schuldhulpverle- ning, begeleid werken en leren en alle mogelijke andere vormen die nodig zijn. Elke dakloze burger krijgt na indicatiestelling een trajectbegeleider toegewezen. Dit is een hbo-opgeleide sociaal werker die de dakloze blijft ondersteunen totdat er sprake is van duurzaam zelfstandig of beschermd wonen. De trajectbegeleider boort krachten van cliënten aan en probeert die te versterken. Krachtgericht werken is uitgangspunt van drie methodieken die als effectief bewezen zijn: Critical Time Intervention (CTI), Systema- tisch Rehabilitatiegericht Handelen (SRH) en Krachtwerk.
134
Made with FlippingBook - Online magazine maker