Handboek Doeltaaldidactiek - Sebastiaan Dönszelmann

1.1 | Doeltaal begrijpelijk maken

waarvan kinderen (en ook volwassenen) hun geheel eigen versie maken totdat ze er ooit achter komen, of niet, wat de artiest werkelijk zong. Gelukkig kun nen docenten hun taalgebruik aanpassen aan het leerniveau van de leerders. Met name bij minder gevorderde leerders is een lager spreektempo, heldere uitspraak en segmenteren tijdens doeltaalinteractie van belang. Op dat niveau zal immers meer taal nog onbekend zijn en is het verwerkingssysteem nog maar beperkt ontwikkeld. Maar ook op een hoger taalleerniveau, bijvoorbeeld B2 of zelfs C1, moet het belang van spreektempo, uitspraak en segmenteren niet worden onderschat. Sterker nog, je moet ervoor waken niet om de tuin geleid te worden: juist hier geldt namelijk dat er pas taal geleerd kan worden als er noticing optreedt. Is het tempo hoog en zijn de uitspraak en de segmen tering niet helder, dan zal de B2-leerling de grote lijnen van een verhaal heus goed begrijpen, maar is het maar de vraag of die paar lastige nieuwe woorden (die de docent hopelijk veelvuldig inzet) wel waargenomen worden en dus of er wel taal bijgeleerd kan worden tijdens de doeltaalinteractie (zie het kader ‘Spreektempo, heldere uitspraak en segmenteren’). Spreektempo, heldere uitspraak en segmenteren okEEalmaakzoutnuprEttigvindnasIEdereeevnznBOEknoptafllegtenOPlet. OKÉ allemaal, ik vind het PRETTIG als iedereen z’n BOEK OP TAFEL legt en OPLET. Van de bovenste uiting krijgt de NT2-leerling op A1-niveau geen talig beeld. Alle informatie moet uit de context gehaald worden: ‘Wat zegt-ie? Gaan we beginnen?’ De A2-taalgebruiker herkent met moeite twee belangrijke woorden en gokt: ‘Iets met boek en oplet , de les gaat denk ik beginnen.’ Goed gegokt, maar wei nig leerzaam. De B2-taalgebruiker begrijpt de boodschap, maar let verder niet op talige kenmerken: ‘We gaan beginnen.’ Helder uitgesproken en gesegmenteerde zinnen kunnen óók het begin van de les aangeven, en bovendien leerzame taal bevatten, zoals naamwoorden of voorzetsels die elders in de les kunnen terugkomen, een beleefdheidsvorm ( ik zou het prettig vinden ) voor het B2-niveau, et cetera. Kortom, oefen vooral met een rustiger spreektempo, met duidelijke uitspraak en met segmenteren. Het lijken vrij eenvoudige ingrepen, maar in een volle klas

37

Made with FlippingBook Digital Proposal Maker