Identiteitsontwikkeling en begeleiding van jongeren-Wilde, Theunissen

1.3 Jongeren, jeugd, pubers en adolescenten

tekent ‘opgroeien, rijp worden’, en met het woord adolescentia werd in het oude Rome de leeftijdsfase van 17 tot 30 jaar aangeduid. Voor velen was dit de laatste fase van hun leven! Gedurende de adolescentie treden voorspelbare fysieke, neurologische en psychologische veranderingen op, die tot uiting komen in gedrag, gedach ten, behoeften en gevoelens. Op grond van deze veranderingen worden er binnen de adolescentiefase drie periodes onderscheiden: ∙ In de vroege adolescentie (ofwel de puberteit) staan de lichamelijke groei en rijping en de daarmee verbonden psychoseksuele ontwikkeling cen traal. Ook komt het losmakingsproces tussen adolescenten en hun ouders op gang. ∙ Typerend voor de middenadolescentie is dat de adolescent experimenteert met de vele nieuwe keuzemogelijkheden. ∙ De late adolescentie staat voor velen in het teken van het aangaan van ver plichtingen op het gebied van maatschappelijke positie en persoonlijke relaties. De adolescentiefase is onderdeel van de levensloop van de mens. Met het begrip levensloop worden de verschillende fasen aangeduid die een vaste volgorde hebben en onderling samenhang vertonen. We richten ons in dit boek voornamelijk op de fase tussen de kindertijd en de volwassenheid: de adolescentie die – zoals alle fasen – uit meerdere periodes bestaat. Een peri ode is een deel van een fase met eigen kenmerken. Voor zover we het begin en einde van periodes aangeven met leeftijden, moeten die worden opgevat als gemiddelden. In figuur 1.2 en 1.3 worden de begrippen schematisch weergegeven.

Figuur 1.2

De levensloop

27

Made with FlippingBook - professional solution for displaying marketing and sales documents online