Jos Marell en Els de Vaan - Praktische didactiek voor Natuur & Techniek

1  Waar gaat het om bij Natuur & Techniek?

■ Kinderen hebben de natuurlijke behoefte om hun omgeving te verkennen; nieuwsgierigheid en verwondering zijn krachtige drijfveren. ■ Onze wereld bestaat naast natuur uit dingen die door mensen gemaakt zijn, dus N&T vormt een essentieel onderdeel van ‘Oriëntatie op jezelf en de wereld’ (OJW). ■ De natuur heeft een aantoonbaar gunstige invloed op de totale ontwikkeling van kinderen, onder meer op hun concentratie en creativiteit. ■ Juist in deze tijd met zijn snelle technologische ontwikkelingen en zorgen over duurzaamheid, is het van belang voldoende aandacht te schenken aan natuur en techniek. Die maken het immers mogelijk te leven! ■ Geletterdheid in N&T geeft zicht op de geneugten en risico’s van natuur en tech niek en maakt het mogelijk om nu en later verantwoorde keuzes te maken op het gebied van voeding, gezondheid, energie, milieu en duurzame ontwikkeling. ■ Het leergebied N&T is zeer geschikt om logisch denken te ontwikkelen, bijvoor beeld verbanden leggen tussen oorzaak en gevolg. Het stimuleert redeneren met bewijsmateriaal en multiperspectivisch denken; dus denken vanuit verschillende gezichtspunten. ■ Kinderen krijgen zicht op hun eigen belangstelling en talenten voor natuur en techniek. Dat is niet alleen belangrijk voor henzelf, maar ook voor de samenle ving, waarin veel bètatalent nodig is. In de centrale doelstelling voor N&T zie je dat het om meer gaat dan om kennis over en inzicht in de natuurlijke en de door mensen gemaakte wereld. Het gaat ook over de aard en het belang van natuur en techniek voor de ontplooiing van mensen en het voortbestaan van onze planeet. Dat brengt met zich mee dat ook vaardigheden en houdingen voldoende aandacht moeten krijgen: N&T is erop gericht kinderen zicht te geven op samenhangen in de materiële werke lijkheid, waarmee het leven van mensen onlosmakelijk is verbonden. Ontdekkende/ onderzoekende en probleemoplossende activiteiten zijn daarbij onmisbaar als basis voor kennis, verwondering, een onderzoekende en oplossingsgerichte houding en een besef van zorg en verantwoordelijkheid voor jezelf, je medemens en je omgeving. De kinderen ontwikkelen daarbij eigenschappen en vaardigheden die ook natuurweten schappers en technologen gebruiken, zoals creativiteit, vragen stellen, probleemop lossend denken en vormgeven, onderzoeksresultaten verzamelen, redeneren, bewijs materiaal beoordelen en conclusies trekken. Deze centrale doelstelling, waarvan het eerste deel is ontleend aan projectgroep Na tuurOnderwijs op de Basisschool (Kamer-Peeters, 1991), is erg algemeen. Daarom is deze in tabel 1.1 voor elke ‘bouw’ verder uitgesplitst naar hoofdaccenten op het gebied van inzichten, vaardigheden en houdingen.

1.5 Centrale doelstelling en uitgangspunten

34

Made with FlippingBook Ebook Creator