Jeroen Onstenk - Geïntegreerd pedagogisch handelen
1.4 Leerlingen en de school in breder perspectief
ming in relatie tot maatschappelijke ontwikkelingen. Vooral moet de ontwikke ling van een eigen professionele, pedagogische beroepsidentiteit centraal staan. De opleiding moet studenten stimuleren om de eigen pedagogische waarden, idealen en morele criteria te expliciteren, erop te reflecteren en te vertalen in handelingsmogelijkheden – niet naast of in plaats van het ‘vak’ dat ze leren on derwijzen, maar in relatie daarmee. Dit boek is bedoeld voor lerarenopleidingen die competentiegericht leren en opleiden centraal stellen waarin alle kerndoelen van het onderwijs (kwalifica tie, socialisatie, subjectwording) aan bod komen. Het sluit aan bij de bekwaam heidseisen die in de Wet beroep leraar en lerarenregister en de generieke Ken nisbasis tweedegraadslerarenopleidingen (2017) zijn opgenomen (in hoofdstuk 8 worden deze uitgebreid besproken). Dat wil zeggen dat er wordt gekozen voor een integrale benadering die zowel recht doet aan de verwachtingen van de maatschappij en onderwijsinstellingen ten aanzien van afgestudeerde leraren, als aan die van studenten die zich optimaal willen ontplooien en hun loopbaan kansen willen vergroten. Competentiegericht opleiden legt de nadruk op een optimale ontwikkeling van de bekwaamheden van studenten, aansluitend bij hun persoonlijke talenten, wensen en mogelijkheden. De lerarenopleidingen hebben behoefte aan nieuwe instrumenten om hun studenten in de huidige complexe samenleving effectief op weg te helpen met de pedagogische opdracht. De bestaande vakdidactiek is vaak vooral gericht op effectieve cognitieve leerstrategieën, terwijl veel pedagogische werkmethodie ken vooral gericht lijken te zijn op het voorkomen van problemen zoals wanor de in de klas of pesten. Daarmee beperkt de pedagogische invalshoek zich nog te vaak tot een fragmentarische, reactieve en voorwaardenscheppende aanpak. De student begint aan de lerarenopleiding met een bepaald perspectief op on derwijs en op het beroep van leraar. Dit perspectief is gevormd door zijn eigen ervaringen in het onderwijs, door familie die werkzaam is in het onderwijs, door eerdere beroepservaring of door andere factoren. Toch is dit vaak een beperkt perspectief. De student ‘ziet’ bij aanvang van de opleiding vaak vooral het vak of beroep enerzijds en de leerling en de werkomgeving (klas en school) anderzijds. In de loop van de opleiding is het van essentieel belang dat dit perspectief op verschillende manieren wordt verbreed en verdiept (Onstenk, 2005). Leerlingen en de school in breder perspectief
1.4
31
Made with FlippingBook Online newsletter