Jan Bijlsma & Hay Janssen - Sociaal werk in Nederland

1.3 ƒ Het waarom van de verzorgingsstaat

John Maynard Keynes (1883-1946) en zijn vrouw Lydia Lopokova. Olieverf op doek door William Roberts (1932) (© William Roberts Society)

proberen de economische ontwikkeling zodanig te beïnvloeden dat die stabiel werd om zo ook werkloosheid tegen te gaan. In de ogen van Keynes was werkloosheid dus het gevolg van een tekort aan vraag naar goe deren en diensten. De overheid kan daar op twee manieren iets aan doen. Enerzijds kan zij haar eigen uitgaven vergroten, bijvoorbeeld door de aanleg van extra wegen. Anderzijds kan zij de vraag naar goederen en diensten van burgers stimuleren, door bijvoorbeeld belastingen te verlagen. Wanneer burgers minder belasting betalen, houden ze meer geld over waarmee ze weer meer kunnen kopen (consumeren). De opvattingen van Keynes kregen in de jaren na de Tweede Wereldoorlog veel aanhang en vormden decennialang de basis van het economisch beleid. Het idee dat de overheid een belangrijke rol speelde in het economisch proces en met name in het stabiel houden van de economie, werd ook gebruikt om te pleiten voor een uitgebreid stelsel van sociale zekerheid. Door het verstrekken van uitkeringen wordt de koopkracht van mensen op peil gehouden (net zoals door het verlagen van belastingen) en daarmee wordt de economische ontwikkeling gestabiliseerd. Een stabiele economische ontwikkeling leidt op haar beurt tot zekerheid voor ondernemingen, waardoor deze worden aangezet tot investeren. Investeringen zorgen voor een stijging van de werkgelegenheid, waardoor inkomens en koop kracht toenemen. Op deze manier beschouwd is het socialezekerheidsstelsel dus niet alleen

27

Made with FlippingBook flipbook maker