Simon C. Klein - Talentbegeleiding bij laagbegaafde jongeren

1.6 |  Tot slot

1.6 Tot slot

Ieder mens is uniek en heeft talenten en kwaliteiten. En iedereen moet zijn best doen om die talenten en kwaliteiten zo goed mogelijk te ontwikkelen. Kwali teiten kunnen ondersteunen bij het ontwikkelen van persoonlijke talenten. Een talent is, in onze benadering, een uitgewerkte persoonlijke vaardigheid waarin iemand uitzonderlijk is. Iets waarin je heel goed bent en waarin je je onderscheidt van anderen, maar waarvoor je ook hard moet werken. Een talent is dus te ont wikkelen, en het is door iederéén te ontwikkelen. Dit is niet al leen voorbehouden aan hoogbegaafde mensen of topsporters. In dit boek zoeken we naar zo veel mogelijk ingangen om bij de laagbegaafde jongere te komen, om hem te stimuleren zijn talenten te ontwikkelen. Er zijn veel trainingen en publicaties die zich richten op talentontwikkeling (Nelis & Van Sark, 2015), maar hierin worden meestal niet alle omgevingsfactoren mee genomen. Bovendien zijn ze niet gericht op de doelgroep van dit boek, de laag begaafde jongere. Helaas … Er zijn gelukkig veel inzichten te gebruiken die je uit die trainingen en publicaties kunt halen om de kwaliteiten verder te ontwik kelen of om belemmeringen te beperken. Bij jezelf of bij een ander. We begonnen dit hoofdstuk met het voorbeeld van Charmaine, een klein meis je dat net als zoveel andere kinderen ‘erbij wil horen’. Juist om die basisbehoefte bevredigd te krijgen, zie je soms al bepaalde kwaliteiten naar boven drijven. Charmaine is heel goed in doorzetten en houdt vast aan het vertrouwen dat zij het ook kan. Ze is ook een goede observator: ze ziet wat de andere meisjes doen, probeert dat na te doen en merkt dat ze het nog niet zo goed doet als de anderen. Zelf ervaart ze misschien wel heel snel of iets gelukt is of niet, of ze ge lijk is aan de anderen … Allemaal kwaliteiten die ook Charmaine zouden kun nen helpen bij het ontwikkelen van talent. Dus ja, ook Charmaine is een talent! Het is aan ons om de kwaliteiten van laagbegaafde jongeren te onderkennen en ze te helpen die op de juiste manier te ontwikkelen. ‘Oya lele.’ De juf ziet Charmaine weer liedjes zingen. Ze hoort het ook, heel zachtjes. Het meisje heeft gevoel voor ritme en daarvan kan de juf mooi gebruikmaken bij het leren van de tafels. ‘Klap maar mee in het ritme.’ Als ze naar haar toe loopt, hoort ze het beter en ze glimlacht. ‘Oya lele, oya lele, 9 × 3, ik voel me plots’ling zo oya lele, 9 × 3 is 27…’ Charmaine heeft het ritme gevonden. Van haar muziek, die feilloos past op haar sommen. Plot seling heeft Charmaine de structuur van het tafels leren gevoeld.

DEEL I

Een talent is dus te

ontwikkelen, en het is door iederéén te ontwikkelen.

| 33

Made with FlippingBook HTML5