Iedereen kan leren schrijven -Suzanne van Norden
1.1 • Schrijfonderwijs op Nederlandse basisscholen
1.1 Schrijfonderwijs op Nederlandse basisscholen
Schrijven is een complexe, ‘onbegrensde’ vaardig heid. Het gaat om schriftelijk kunnen verwoorden wat je bedoelt, op een passende manier. Kinderen leren dat geleidelijk, door het veel te doen met goe de begeleiding. Dat kost meer tijd dan doorgaans op de scholen aan schrijven besteed wordt. Goed schrijfonderwijs vraagt veel van een leerkracht: kennis over tekstsoorten, een duidelijk beeld van de ontwikkeling van schrijfvaardigheid, ideeën voor goede schrijfonderwerpen, het vermogen om zinvolle feedback te geven op kinderteksten en didactische strategieën op het juiste moment in te zetten. En natuurlijk genoeg eigen ervaring met schrijven, om kinderen te kunnen inspireren en hun worstelingen te kunnen herkennen. Volgens meer dere onderzoeken (Inspectie van het Onderwijs, 2020, 2022, 2023; Onderwijsraad, 2022) blijkt dat allemaal nog niet op orde te zijn. Het bestaande taalonderwijs lijkt bovendien niet meer te passen bij deze tijd. Veel leerlingen, zowel op de basis school als in het voortgezet onderwijs, vinden taal geen leuk vak, en schrijven al helemaal niet. Wat de Nederlandse Taalunie in 2017 constateerde geldt ook nog in 2023: (…) dat het onderwijs Nederlands er op dit mo ment onvoldoende in slaagt om in te spelen op de verwachtingen van de samenleving, van de ar beidsmarkt, van het hoger onderwijs en van de jongeren zelf en niet voldoende voorbereidt op de uitdagingen die de 21ste-eeuwse samenleving aan ons stelt. (Vanhooren et al. 2017, p. 16) Van die eenentwintigste eeuw is inmiddels al een kwart voorbij. Het gaat niet meer over een toe komst maar over nu. Kinderen van nu wachten niet op het onderwijs, ze leven al met snel veran derende technologieën, experimenteren ermee en zijn volkomen gewend aan communiceren en leren via het scherm. De school moet daarop inspelen. Ten tijde van de derde druk van dit boek is de ont wikkeling van een nieuw, eigentijds curriculum in volle gang. Na jarenlange discussies over de rich ting van dat curriculum is besloten tot het versneld actualiseren van de kerndoelen voor wat door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Leren lezen en schrijven is samen met leren reke nen van oudsher een belangrijk doel van de basis school. In zowel oude als nieuwe curricula worden taal en rekenen basisvaardigheden genoemd. In de programma’s en roosters op de basisscholen neemt taal dan ook een grote plaats in: gemiddeld acht uur per week. Dat is in vergelijking met de tijd die aan de overige vakken besteed wordt niet weinig. En ‘achterstandsscholen’ komen nog op een hoger urenaantal uit. Toch lijkt dat te weinig op te leve ren. Er is al lang sprake van zorgen over de kwaliteit en opbrengsten van het taalonderwijs. Bij taalonderwijs denken veel mensen eerst aan technische zaken: technisch lezen, goed spellen en een net handschrift. Dat is logisch: om de techniek van lezen kun je niet heen, goed spellen wordt nu eenmaal gezien als een teken van betrouwbaarheid en een leesbaar handschrift is ook handig. Méér les in die technische vaardigheden en regels leidt echter niet zomaar tot beter lezen en schrijven. De Onderwijsraad schrijft in 2022: Taalonderwijs richt zich op begrensde en onbe grensde vaardigheden. Begrensde vaardigheden zijn niet complex, gemakkelijk te onderwijzen en te toetsen, en hebben een plafond (je kunt het ‘af’ hebben). Voorbeelden zijn: letterkennis, technisch lezen en spelling. Onbegrensde vaardigheden zijn complex, moeilijk te onderwijzen en te toetsen, en zonder plafond (je bent er nooit klaar mee). Voorbeelden zijn mondelinge taalvaardigheid, be grijpend lezen en schrijven, redeneren en woorden schat. De knelpunten in het taalonderwijs slaan op de onbegrensde vaardigheden, waar de verbin ding tussen taal- en kennisontwikkeling van groot belang is. Het taalonderwijs focust doorgaans te veel op technische vaardigheden en er is te weinig verbinding met kennisopbouw (bijvoorbeeld met inhoudelijke kennis van andere vakken). Zo is er onvoldoende transfer van de begrijpend-lezenaan pak naar andere lessen. Daarnaast is de didactiek vaak niet effectief. (Onderwijsraad, 2022, p. 29)
17
Made with FlippingBook Learn more on our blog