Inkijkexemplaar_Luitjes-ontwikkeling in de groep

1 Kinderen en jongeren in groepen

Psychosociale ontwikkeling De ontwikkelingspsycholoog Erik Erikson (1902-1994) heeft een theorie opge steld over de psychosociale ontwikkeling, dat wil zeggen over de manier waarop kinderen zich verhouden tot hun (sociale) omgeving. Erikson (1964; 1968) stelde dat het kind vanaf het begin van de ontwikkeling vertrouwen dient op te bou wen, eerst aan de hand van interacties met de ouders of belangrijke verzorgers (significante anderen) en daarna ook met anderen en de omgeving. De ontwik keling van de (psychosociale) identiteit vindt gedurende het hele leven plaats, maar consolideert in de adolescentie (Erikson & Erikson, 1997; Kerpelman & Pittman, 2018; Kroger, 2018; McLeod, 2018). Erikson (1968) benadrukte de psychosociale crisissen die doorgewerkt dienen te worden gedurende de verschillende fasen van het leven. De relaties met anderen en de activiteiten daarbinnen spelen daarbij een belangrijke rol, zoals weer gegeven in tabel 1.3. Tabel 1.3 Fasen in de interactie tussen kind en verzorger volgens Erikson (naar Verhofstadt-Denève et al., 2003)

Psychosociale crisis Vertrouwen versus wantrouwen Autonomie versus schaamte en twijfel Initiatief versus schuld Handvaardigheid versus minderwaardigheid Identiteit versus identiteitsverwarring

Betekenisvolle relaties Verzorgende persoon

Psychosociale activiteiten

Fase 1: 0-1 jaar Fase 2: 2-3 jaar Fase 3: 4-5 jaar Fase 4: 6-11 jaar Fase 5: 12-18 jaar

Geven en nemen

Ouders

Vasthouden en loslaten

Gezin

Iets maken en namaken

School en buurt

Iets planmatig construeren (alleen of samen)

Leeftijdsgroep en identificatiefiguren

(In groep) zichzelf zijn

De theorie van Erikson loopt verder tot in de volwassenheid, maar dit boek beperkt zich tot kinderen en adolescenten tot 18 jaar. Voor meer informatie ver wijzen we naar ontwikkelingspsychologische literatuur. In elke fase die Erikson beschrijft, dient er als het ware een psychosociale crisis te worden opgelost. Het kan op cruciale momenten in de ontwikkeling twee ver schillende kanten opgaan: positief of negatief. Er bestaat een sterke samenhang tussen de verschillende fasen: de kans is groot dat wanneer in een voorgaande fase de crisis negatief is opgelost, de volgende fase ook zorgelijk uitvalt. Hieruit blijkt dat elementen als vertrouwen, autonomie en zelfwaardering erg belang rijk zijn voor het ontwikkelen van een gezonde en sterke (sociale) identiteit. Een

30

Made with FlippingBook Annual report maker