Inkijkexemplaar_Onstenk_Geïntegreerd pedagogisch handelen

1.2 ❱ Kwalificatie, socialisatie, persoonswording

❱ Vind je het belangrijk leerlingen te stimuleren na te denken over de vraag wat ze gaan doen met de verworven competenties? Hoe kun je dat doen? ❱ Hoe stimuleer je ze daarbij rekening te houden met anderen en met langetermijn-‘belangen’ van de wereld (democratie, zorg, ecologie)? ❱ Krijgen leerlingen de ruimte om te participeren en hun mening en wensen in te brengen? Hoe ga je daarmee om? ❱ Hoe kun je leerlingen aanspreken op hun verantwoordelijkheid? Kwalificatie, socialisatie en persoonswording vinden niet alleen plaats in het onderwijs. Integendeel, het zijn processen die lopen ‘van de wieg tot het graf’. Onderwijs is een gerichte interventie in die processen, en betekent als het goed is een groeispurt (verbreding, verdieping, verrijking) hierin. Dat betekent dat leerlingen al veel kwalificerende, socialiserende en persoonsvormende ervarin gen hebben meegemaakt voor en terwijl ze op school en bij jou in de klas ko men. Bijvoorbeeld thuis, op straat, met vrienden, op de sportclub of bij eerder onderwijs. Die ervaringen zijn heel verschillend en dragen bij aan de diversiteit in de klas. Het betekent ook dat deze processen na school doorgaan. Als leraar zou je rekening moeten houden met wat leerlingen meebrengen en met wat er na het onderwijs kan komen, al gebeurt dit lang niet altijd. Wat be treft kwalificatie en socialisatie kun je daar pragmatisch tegen aankijken. Hoe kan ik in kaart brengen welke relevante kennis, vaardigheden, waarden en hou dingen leerlingen meenemen, en hoe kan ik daar rekening mee houden? Ga ik daarbij aansluiten en deze benutten, of juist veranderen en corrigeren? Ge bruik ik alleen ‘bewijzen’ (zoals een diploma of andere prestatiegetuigenissen) en het curriculum (toegangseisen, leerdoelen, leeractiviteiten of exameneisen) als handvat om inhoud en kwaliteit te beoordelen? Of houd ik ook rekening met ervaringskennis? En zo ja, hoe? Voorbereiden op de toekomst is lastiger, maar in leerplannen en doelen wordt daar vaak iets over gezegd of verondersteld. Welke kennis moet ik overdragen en hoe moet ik dat doen, zodat later groei en ontwikkeling door gebruik (ervaringen en werkplekleren) of (zelf)studie mo gelijk zijn? Daarnaast wordt onder noemers als leervaardigheden, 21 e -eeuwse vaardigheden of generieke vaardigheden aandacht besteed aan het faciliteren en stimuleren van een leven lang leren (zie paragraaf 4.7.10). Bij subject- of persoonswording ligt het anders. Deels kun je deze pragma tisch benaderen: leerlingen verschillen in de mate waarin ze gelegenheid heb ben (gehad) zich als persoon in de wereld te ontwikkelen, voorafgaande of

1.2.2 Langlopende processen

29

Made with FlippingBook flipbook maker