Doelgericht onderwijs ontwerpen - Bakx, Ros en Bolhuis

1 | De leerkracht als ontwerper

‘En de kleine draadjes kun je zo draaien’, zegt Isis en laat het zien. ‘Dan kun je ogen maken, en kuwen.’ ‘Wat zijn dat, kuwen?’, vraagt de juf. ‘Dat is om te leven.’ Lieke IJzermans, pabodocent beeldend vormen

Figuur 1.4 Resultaat van de activiteit ‘beeldend vormen’

1.3.5 Onderwijs evalueren De vijfde stap van de cyclus gaat over het evalueren van de leeractiviteiten: je gaat na of de leerlingen de doelen die je gesteld had, bereikt hebben. Om te evalueren is het niet (altijd) nodig om een toets te geven. Je kunt met de leerlingen samen evalueren aan de hand van een aantal inhoudelijke vragen, om na te gaan of ze de inhoud die centraal stond hebben opgepakt. Ook kun je verschillende werken van leerlingen bekijken om je een beeld te vormen over de gerealiseerde doelen. Motiverende vormen als een miniquiz lenen zich eveneens goed voor evaluatie. Bij elke leeractiviteit, of ‘les’, evalueer je om ervoor te zorgen dat je goed in beeld hebt hoe de leerlingen ervoor staan. Zo kun je vanuit de nieuwe (begin)situatie weer nieuwe doelen stellen of je doelen bijstellen voor de volgende activiteiten. Zoals je mogelijk zelf al geconstateerd hebt, ben je soms ook in de fase hier voor al een beetje aan het evalueren: tijdens het begeleiden van leeractiviteiten geef je leerlingen feedback op waar ze op dat moment staan (wat gaat goed, wat gaat nog niet zo goed, met welk doel waren we aan het werk en wat kun je nu als volgende stap doen?). Dan ben je tussentijds al met evaluatie bezig. Hoofdstuk 6 is in zijn geheel gewijd aan deze vijfde stap van evaluatie. We laten daar zien hoe je doelgerelateerd kunt evalueren. Extra: Evaluatie op basis van toetsgegevens Om goede doelen voor de wat langere termijn te kunnen stellen, kun je toetsgegevens gebruiken om te evalueren en nieuwe doelen op te baseren. Wat je dan doet, is werken met data oftewel (meet)gegevens; die verzamel je eigenlijk continu. Zo verkrijg je allerlei evaluatieve informatie. Dat kun nen data/gegevens zijn die je tijdens de begeleiding van de leeractiviteiten

32