DANS! - Heijdanus-de Boer, van Nunen, Hueskens (red.), Beers, Bouwmeester & Verhallen

1 | Wat is dans?

geraadpleegd door directie, ICC’ers (interne cultuurcoördinatoren) en le raren en gebruikt om hun eigen visie en beleid onder woorden te brengen. De Onderwijsraad en de Raad van Cultuur vinden het belangrijk dat alle kinderen in Nederland tijdens hun basisschooltijd in aanraking komen met verschillende kunstdisciplines, waaronder dans. Niet alle leerlingen krijgen automatisch van huis uit mee dat ze zich op cultureel gebied kunnen ont wikkelen. Daarom is onder andere de impulsregeling Cultuureducatie met Kwaliteit (CMK) opgezet. Hierdoor kunnen scholen de kwaliteit van cul tuureducatie duurzaam versterken door een visie (verder) te ontwikkelen en cultuureducatie een stevige plek in het curriculum te geven. Zo kun je alle leerlingen onder andere een ontvankelijke leerhouding laten ontwik kelen. Denk hierbij aan het aanleren van een nieuwsgierige, onderzoeken de, zelfsturende leerhouding en het ontwikkelen van vaardigheden voor het ontdekken van eigen manieren om tot nieuwe vragen en/of oplossingen te komen (zie hoofdstuk 5). In paragraaf 1.6 lees je meer over ondersteuning bij het opstellen van een visie op cultuureducatie, bijscholing en het ontwikkelen van leerlijnen. 1.5.1 Dans in het curriculum Het vak dans heeft verschillende toepassingen en functies in het onderwijs en kan door verschillende personen worden gegeven. Op sommige basisscholen is het vak dans expliciet opgenomen in het curriculum. Leerlingen krijgen dan structureel les in dans via doorlopende leerlijnen. Randvoorwaarde daarvoor is een ruime en schone locatie voor de lessen dans. Daarnaast zijn er ondersteunende materialen nodig, zoals audio apparatuur, een (verrijdbaar) digibord en materialen als inspiratie om vanuit of mee te dansen, zoals lichte, gekleurde doeken, prentenboeken, kaarten met (dans)opdrachten, herfstbladeren, touwen, stoelen, foto’s en gedichten. In het basisonderwijs kunnen leraren zelf lessen dans geven. Op de pabo hebben ze in meer of mindere mate zelf lessen dans gevolgd en geleerd hoe ze een les dans moeten opbouwen en welke werkvormen ze in kunnen zet ten. Wanneer leraren zelf lessen dans ontwerpen, kunnen ze deze aan laten sluiten bij de leerdoelen en het leerproces van hun leerlingen. In hoofdstuk 9 tot en met 13 en op de website vind je voorbeeldlessen dans die leraren passend kunnen maken voor de eigen lespraktijk. Op sommige basisscholen zijn vakdocenten dans werkzaam. Zij maken deel uit van de formatie of worden als zelfstandig ondernemer ingehuurd. Een andere mogelijkheid is dat scholen in meer of mindere mate, vast of incidenteel gebruikmaken van het aanbod van dansgezelschappen, vakdo centen of educatiemedewerkers van cultuurinstellingen.

32