Kritisch denken & schrijven 2e druk - Francisca Jungslager, Wilma Maljaars

1 Opstellen van de centrale vraag en deelvragen

Ten slotte is het belangrijk dat je je centrale vraag zo concreet mogelijk formu leert. Tijdens het zoekproces kun je je vraag nog enigszins aanscherpen (naar mate je zelf helderder voor ogen krijgt wat je wilt gaan doen), maar je bewijst jezelf een grote dienst als je de vraag in een zo vroeg mogelijk stadium zo precies mogelijk formuleert. Een opzet als: ‘In deze scriptie zal ik ADHD behandelen’ is niet duidelijk. De lezer weet niet wat de vraag of het probleem is. Vermijd daarom vage termen als ‘behan delen’, ‘kijken naar’ en ‘ingaan op’. Dergelijke formuleringen zijn vaak een teken van zwakte: ze impliceren dat je zelf nog niet goed voor ogen hebt wat je wilt gaan doen. Bedenk ook dat de inventarisatiefase – de fase in het schrijfproces waarin je je centrale vraag en deelvragen opstelt en je inleiding schrijft – erop is gericht om jou als schrijver houvast te bieden. Hoe beter je namelijk weet wat je doel is, hoe gerichter je de volgende fase kunt doorlopen: het zoeken naar en selecteren van informatie die je helpt om je vraag te beantwoorden (zie hoofdstuk 3). Je centrale vraag kun je als je kompas zien; die vraag bepaalt de koers van je onderzoek en bepaalt welke literatuur je zult bestuderen. Het vinden, formule ren en herformuleren van je onderzoeksvraag is een zoektocht: je zet vaak twee stappen vooruit om er daarna weer één terug te zetten. Het is zeker lastig, maar als je eenmaal een goede vraag te pakken hebt die het onderwerp strak afbakent, kun je gerichter literatuur zoeken en selecteren. Omgekeerd is het noodzakelijk je eerst (globaal) in te lezen voordat je op een probleem kunt stuiten. Durf op een gegeven moment ook een vraag te kiezen: voortschrijdend in zicht kan altijd tot aanpassingen leiden, maar op een gegeven moment moet je aan de slag en zonder voorlopige beginvraag kom je niet verder. De onderzoeks vraag ga je zo mogelijk steeds verder verfijnen. Daarnaast is het soms nodig om al in de inleiding je vraag kort toe te lichten: wat versta je precies onder een bepaald begrip en om welke reden heb je voor een bepaalde afbakening (qua tijd of plaats bijvoorbeeld) gekozen?

2 Formuleer je centrale vraag

Maak gebruik van de volgende checklist. • Leidt deze vraag tot een betogende tekst? • Laat de vraag zien dat het onderwerp goed afgebakend is? • Is het onderzoek haalbaar en de vraag toetsbaar? • Is de vraag enkelvoudig en open? • Is de vraag neutraal en concreet geformuleerd? • Behoeft de vraag nog verdere toelichting?

DOEN

26

Made with FlippingBook Digital Publishing Software