Interculturele samenwerking in organisaties - Herman Blom

Interculturele samenwerking in organisaties

We zullen daarom steeds ter verduidelijking voorbeelden analyseren uit de prak- tijk van het hoger onderwijs: situaties op de stage- of werkplek en opleidingssitu- aties op school. Ik nodig de lezer uit actief aan de slag te gaan met dit boek door middel van zelfreflectievragen, tussenvragen, cases en opdrachten aan het eind van elk hoofdstuk. Ik wil met dit boek over interculturele samenwerking in organisaties een bijdrage leveren aan een beter begrip van elkaar en daardoor een betere samenwerkingmet elkaar. De bekende theorievorming over culturele verschillen (Hofstede, Trompe- naars, Hall, Pinto) komt uiteraard aan bod. Centraal staat de vraag hoe je in orga- nisaties en in de samenleving gemeenschappelijke doelen en wegen kunt vinden. Ik wil benadrukken dat de veelgeroemde Nederlandse tolerantie weinig zin heeft wanneer die in de praktijk neerkomt op onverschilligheid en de andere kant op kijken. Interesse voor de anderen, de moed ommet ze in contact te treden en te blijven, maar ook het vasthouden aan fundamentele waarden lijken helaas maar al te vaak een schaars goed te zijn. Dit zijn vaardigheden die eenieder kan tonen, om te beginnen in de eigen straat en op de eigen studie- of werkplek. Segrega- tietendensen in de samenleving, in het wonen, in het werken en in de besteding van vrije tijd, vormen een bedreiging voor de moderne westerse samenleving die Nederland is. Ook overheden en steeds meer bedrijven en organisaties zien een eigen taak hierin. In dit boek behandel ik de mogelijkheden om de grenzen tussen groepen te slechten. Waarover gaat dit boek? ‘Nederland als migratiesamenleving’ (hoofdstuk 1): hoe heeft de toename van de verscheidenheid van de Nederlandse samenleving naar met name afkomst zich ontwikkeld? Migratiebewegingen bestaan uit emigratie en immigratie. Beide ontwikkelen zich niet gelijkmatig. Bovendien stijgt in de regel de toestroom van mensen boven de uitgaande stroom uit. Welke groepen zijn het meest zichtbaar als we over Nederlanders met een migratieachtergrond spreken? ‘Wij en zij’ (hoofdstuk 2): alle mensen zijn lid van een of meerdere culturele en etnische groepen. Hoe verhouden groepen zich tot elkaar in de samenleving? Welke sociaalpsychologische mechanismen spelen hier een rol? Hoe ontstaan vooroordelen, discriminatie en racisme? En wat zijn de methoden om een betere omgang tussen groepen te bereiken? Uiteindelijk gaat het niet alleen om groepen in de samenleving, maar ook om de omgang tussen subgroepen in arbeidsteams in organisaties. ‘De strijd om de identiteit’ (hoofdstuk 3): de eerste generaties etnische minder­ heden voegen zich in onze samenleving in met behoud van een deel van hun oor- spronkelijke waarden en normen. Met welke dilemma’s worden zij geconfronteerd en hoe reageert de autochtone meerderheid? De hoofdvraag is hoe autochtone Nederlanders en Nederlanders met eenmigratieachtergrond gelijktijdig een eigen en een gemeenschappelijke Nederlandse identiteit kunnen scheppen.

12

Made with FlippingBook - professional solution for displaying marketing and sales documents online