Peter Teitler & Ans van Brussel - Lessen in orde op de basisschool

Inleiding Deel 1

Een verslag van een deel van een les aan groep 3. Het is dinsdag eind september aan het begin van de ochtend. De groep bestaat uit 24 leerlingen. De leerlingen zitten rustig op hun plaats, het dagprogramma is doorgenomen en de leerkracht wil beginnen met de leesles. Op dat moment gaat de deur open en schuift de moeder van Maartje haar dochter naar binnen.

Moeder van Maartje:

‘Juf, Maartje moet straks naar de overblijf. Maartje, je tas hangt aan de kapstok, hoor.’ (maakt gebruik van dat moment en staat op, loopt naar de leer kracht, zet zijn rechterbeen naar voren) ‘Juf, mijn veter is los.’

Kean:

Leerkracht:

‘Ga maar weer op je plaats zitten, dan kom ik zo bij je.’

De leerkracht begint aan de les. Een van de vorige lessen heeft de leerkracht het thema ‘het lichaam’ geïntroduceerd. Vandaag wil ze dat de leerlingen het woord ‘buik’ leren en de letter ‘b’. Het digibord staat klaar. Met het structureerwoord in de hand vraagt de leerkracht de kinderen allemaal te kijken naar het plaatje en naar het woord.

Leerkracht:

‘Welk woord gaan wij vandaag leren?’ (roept zonder zijn vinger op te steken) ‘Buik!’

Martijn:

Leerkracht: Leerkracht:

‘Heel goed, Martijn, knap van je.’ ‘Wijs allemaal je buik even aan.’

De deur gaat open en twee leerlingen van groep 8 komen het oud papier halen.

Leerling groep 8:

‘Juf, waar staat de bak?’

Leerkracht:

‘Onder die tafel daar, neem hem maar mee naar de gang.’

De achtstegroepers gaan weer weg met de volle papierbak.

Leerkracht:

‘Waar was ik ook weer. O, ja. Wijs nog maar even je buik aan.’

Sylvana:

‘Juf, gister had ik pijn in mijn buik.’ ‘Wat vervelend voor je, is het nu over?’

Leerkracht:

Mo:

‘Ik heb ook wel eens pijn in mijn buik gehad, toen moest ik naar het ziekenhuis.’ (kijkt naar Mo) ‘Ik had wel eens last van mijn keel, toen moest ik ook naar het ziekenhuis. Toen moesten mijn amandelen eruit en mocht ik heel veel ijs eten.’ ‘Ho eens even. We moeten nu het woord buik leren, laten we er allemaal eens naar kijken, ik heb het hier in mijn hand. Ik ga het woord buik nu hakken en plakken. Doe maar even mee.’ ‘Ik vind aardbeienijs het lekkerst.’

Brian:

Kaylee:

Leerkracht:

21

Made with FlippingBook - Online catalogs