Werkboek Ontwikkeling - Jakop Rigter & René Diekstra

1.2 Invloeden op de ontwikkeling

Opdracht 5 Elke ontwikkeling is uniek. Dus ieder persoon is psychisch gezien anders dan alle andere bewoners op deze wereld. Ook fysiek gezien is iedereen anders. Welke fysieke of lichame lijke kenmerken weet jij waarmee mensen heel nauwkeurig van elkaar te onderscheiden zijn en waaraan je dus altijd een persoon kunt herkennen? Probeer er minimaal drie te noemen.

2

Invloeden op de ontwikkeling

Opdracht 1 In deze paragraaf staat dat je ontwikkeling beïnvloed wordt door zowel aanleg als omge ving. Maar misschien is er wel een aantal uitzonderingen op deze regel. Kun jij voorbeelden noemen van gedrag dat alleen door omgevingsinvloeden (zoals je opvoeding) bepaald wordt? En andersom: ken je voorbeelden van gedrag waarvan je zeker weet dat dit alleen door erfelijke aanleg bepaald wordt? Schrijf de gedragingen die je hebt bedacht op.

Opdracht 2 In deze paragraaf lees je: ‘Maar zo gauw als het (kind) gaat kruipen ontstaat angst voor het onbekende, en dus ook angst voor onbekend voedsel. Kinderen worden dan vaak moeilijke eters.’ Zou dat ook bij jou gebeurd zijn? Vraag eens aan je ouders of ze dit herkennen. Veranderde jouw eetgedrag toen je ging kruipen? En in wat voor opzicht veranderde het?

| 9

Made with FlippingBook flipbook maker