Adrie Meijer - Praktisch woordenboek Zweeds-Nederlands

18

Aanwijzingen voor het gebruik van dit woordenboek

1

Trefwoord, woordsoort, vertaling en betekenis

Elke paragraaf in dit woordenboek begint met het trefwoord, de grondvorm van het woord, dat vet gedrukt is. De trefwoorden staan in alfabetische volgorde. Het trefwoord wordt gevolgd door een onderstreepte aanduiding over de woordsoort. De gebruikte afkortingen zijn:

adj art adv

bijvoeglijk naamwoord

lidwoord bijwoord

conj voegwoord dem.pron aanwijzend voornaamwoord det.pron bepalingaankondigend voornaamwoord interj tussenwerpsel num telwoord

pers.pron persoonlijk voornaamwoord pos.pron bezittelijk voornaamwoord prep voorzetsel pron voornaamwoord rel.pron betrekkelijk voornaamwoord s zelfstandig naamwoord v werkwoord

De vertalingen worden na elkaar gegeven. Als er sprake is van alternatieven die duidelijk het meest algemeen zijn of het vaakst voorkomen, staan deze vooraan. Verder staan de vertalingen in alfabetische volgorde. De taalvoorbeelden geven meer informatie over hoe je de vertalingen moet gebruiken. Wanneer een trefwoord verschillende betekenissen heeft, maar in die betekenissen op dezelfde manier wordt verbogen of vervoegd en uitgesproken, staan de betekenissen genummerd onder hetzelfde trefwoord. Bijvoorbeeld: fjäll n s (-et;--) 1 berg (-en) in Noord-Scandinavië die tot boven de boomgrens reikt, gebergte n (-s) • han tycker om att vandra i ~ en hij houdt ervan in de bergen te wandelen, hög ~ hooggebergte 2 schub (-ben) • ~ fi sk schubvis 3 huidschilfer (-s) Wanneer een trefwoord verschillende betekenissen heeft en in die betekenissen verschillend wordt verbogen of vervoegd of uitgesproken, worden deze woorden onderscheiden door een cijfer in superscript voor het trefwoord. Bijvoorbeeld: 1 byrå s (-n;-ar) ladekast (-en) 2 byrå s (-n;-er) bureau n (-s), kan | toor n (-toren) • rese ~ reisbureau

Made with FlippingBook - Online magazine maker