Gerjan van Schaaik - Conversatieboek Turks

6 Ik ben gekomen om je iets moois te laten zien. 7 Breng mij (eens) thee. 8 We staan morgen vroeg op om groente naar de markt te brengen. 9 Met wie zal Ahmet uit Bursa komen? 10 Hoe ben je daar naartoe gegaan? 11 Vanavond is er een mooie film op de televisie. 12 Waar bent u van plan te verblijven? 13 Heeft Erol aan Hasan Nederlands geleerd? 14 Hoeveel kilometer is het van Amsterdam tot (-aan) Ankara? 15 We zijn uit Nederland met de auto gekomen, (en) we gaan met het vliegtuig terug. 16 Bent u uit Kayseri met de fiets gekomen? 17 Aan wie zit u brieven te schrijven? 18 Hoe laat ben je van plan naar het feestje te gaan? 19 Met jou wil ik niet naar het strand. 20 We zijn met de taxi van de post naar het station gegaan. 21 Ze wilde niet naar huis (terug), ze wilde hier blijven. 22 Lach niet tegen me, zeg 'hallo'. 23 Om (warm) te eten is hij naar het restaurant gegaan. 24 Om een beetje uit te rusten is hij op de grond gaan liggen. 25 Wat wilt u in Turkije doen (uitvoeren)? 26 Voor Semra heb ik uit Bursa bloemen meegebracht. 27 Wie bent u op de markt tegengekomen? 8:1.1 Is er een trein naar Ankara? Daarheen is er geen autobus. Is er geen verse melk? Op straat is er een (grote) drukte. 8:2.1 52 elli iki 777 yedi yüz yetmiş yedi 1984 bin dokuz yüz seksen dört 25 yirmi beş 123 yüz yirmi üç 36.458 otuz altı bin dört yüz elli sekiz 1949 bin dokuz yüz kırk dokuz 12 oniki 6.395.051

altı milyon üç yüz doksan beş bin elli bir

1001

bin bir

14

Made with FlippingBook - Online catalogs