Petra Poelmans en Olav Severijnen - De APA-richtlijnen

3  Het onderzoeksrapport

■ In de meeste figuren mag een ‘legenda’ niet ontbreken. Een legenda is een toelichting op de gebruikte symbolen, tekens en lijnen en maakt onder- deel uit van de figuur. Voor figuur 3.18 is dit de legenda: 2010

1980

1997

eting

Jongens

Meisjes

Figuur 3.19 Legenda bij figuur 3.18

■ De lezer moet de figuur kunnen begrijpen zonder terug te hoeven keren naar de tekst. ■ Probeer niet alle ‘belangrijke’ aspecten in één figuur op te nemen. Figuren moeten immers snel te begrijpen zijn. ■ Wees je ervan bewust dat de kijkrichting van veel lezers meestal van links naar rechts en van boven naar beneden is. Een stroomdiagram bijvoor- beeld rechtsonder laten beginnen is dus onverstandig. ■ Zoals in tabellen de linkerkolom gereserveerd is voor de onafhankelijke variabelen, zo is in grafieken de verticale x-as de plaats waar de onafhan- kelijke variabele te vinden is. Houd je aan die gewoonte. ■ Net als tabellen moeten figuren goed leesbaar zijn en er sober maar zeer verzorgd uitzien. Kies voor duidelijk contrasterende kleurencombinaties als je verschillende kleuren wilt gebruiken. ■ Vraag van gefotografeerde personen schriftelijk toestemming om hun foto te gebruiken. ■ Controleer steeds of er copyright rust op afbeeldingen die je wilt opne- men. ■ Gebruik de correcte bronvermeldingen, zoals die in paragraaf 3.8.2 zijn beschreven. ■ Wanneer je meerdere figuren gebruikt, kun je onder de algemene in- houdsopgave nog een aparte inhoudsopgave voor de figuren opnemen. ■ Neem in de literatuurlijst de bron op waaruit je een figuur hebt overgeno- men. ■ Vraag je af of de figuur noodzakelijk is: wat zou de lezer missen als je de figuur zou weglaten?

Ten slotte: figuur 3.20 (p. 75) kan je helpen een goede keuze te maken.

74