Harry Paus en Frans Hiddink e.a. - Portaal

1.4 Systeem

Website 1.7: Klinkers en medeklinkers Op de website vind je meer achtergrondinformatie over klinkers, tweeklanken en medeklinkers. Je leest er ook over klanken die niet in het Nederlands voorkomen, maar wel in een andere taal gebruikt kunnen worden als foneem. 1.4.2 Morfologie De morfologie (ook wel ‘woordleer’ genoemd) is het onderdeel van de taalweten schap dat zich bezighoudt met de woordstructuur en de woordvorming. De benoeming van woorden in woordsoorten wordt ook wel taalkundige ont leding of woordbenoemen genoemd. We onderscheiden in het Nederlands tien woordsoorten, waarvan een aantal in de meeste taalmethoden behandeld wordt:

1

■ zelfstandig naamwoord ( auto , land , liefde ); ■ bijvoeglijk naamwoord ( groot , rood , houten ); ■ telwoord ( een , tweede , enkele, meeste ); ■ werkwoord ( worden , hebben , lopen , verliezen ); ■ voornaamwoord ( hij , jullie , die , deze , dergelijke ); ■ bijwoord ( erg (zoals in ‘erg groot’), gisteren , misschien ); ■ voegwoord ( en , maar , omdat , wanneer ); ■ voorzetsel ( op , door , tegen , tot , van ); ■ lidwoord ( de , het , een ); ■ tussenwerpsel ( ja , bravo , helaas ).

Website 1.8: Woordsoorten Zie de website voor meer informatie over de woordsoorten.

Morfemen zijn de kleinste betekenisdragende delen van taal. Een woord heeft altijd minstens één morfeem dat zelf als woord kan voorkomen (bijvoorbeeld tuin , een zogenoemd vrij morfeem ). Een vrij morfeem kan worden gecombineerd met andere morfemen. Dat kunnen ook weer vrije morfemen zijn (zoals in vlindertuin en tuinpad ), maar ook zogenoemde gebonden morfemen : woorddelen die niet zelfstandig als woord kunnen voorkomen (bijvoorbeeld - tje , zoals in tuintje ). Het woord huisdeurtjes kan worden opgedeeld in vier morfemen: huis , deur , -tje en -s . Huis en deur kunnen als zelfstandige woorden voorkomen in een zin, dat zijn dus twee vrije morfemen. De achtervoegsels -tje en -s geven respectievelijk aan dat het gaat om een kleine deur en om meer dan één deur. Deze achtervoegsels zijn gebonden morfemen. Het woord leest heeft twee morfemen: lees (een vrij morfeem, de stam van het werkwoord lezen ) en de - t (een gebonden morfeem, als uitgang voor de tweede of derde persoon enkelvoud).

37

Made with FlippingBook. PDF to flipbook with ease