Recht in de creatieve industrie - mr. Ilse van de Laar-Wijdeven
recht
mr. Ilse van de Laar-Wijdeven
Recht in de creatieve industrie
REcht in de creatieve industrie
mr. Ilse van de Laar-Wijdeven
Tweede, herziene druk
bussum 2021 c u i t g e v e r ij c o u t i n h o
www.coutinho.nl/rechtindecreatieveindustrie2 Je kunt aan de slag met het online studiemateriaal bij dit boek. Dit mate riaal bestaat uit een interactieve begrippentrainer per hoofdstuk.
© 2017/2021 Uitgeverij Coutinho bv Alle rechten voorbehouden.
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elek tronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toe gestaan op grond van artikel 16h Auteurswet 1912 dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor de readerregeling kan men zich wenden tot Stichting UvO (Uitgeversorganisatie voor Onderwijslicenties, www.stichting-uvo.nl). Voor het gebruik van auteursrechtelijk beschermd materiaal in knipselkranten dient men contact op te nemen met Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie, www.stichting-pro.nl).
Eerste druk 2017 Tweede, herziene druk 2021
Uitgeverij Coutinho Postbus 333 1400 AH Bussum info@coutinho.nl www.coutinho.nl
Vormgeving omslag en binnenwerk: gebaseerd op de eerste druk van deze titel, waarvan de art direction in handen was van Elaine Meys
Noot van de uitgever Wij hebben alle moeite gedaan om rechthebbenden van copyright te achterhalen. Personen of instanties die aanspraak maken op bepaalde rechten, wordt vriendelijk verzocht contact op te nemen met de uitgever. De personen op de foto’s komen niet in de tekst voor en hebben geen relatie met hetgeen in de tekst wordt beschreven, tenzij het anders vermeld is.
ISBN: 978 90 469 0819 8 NUR: 820
Voorwoord Vier jaar na de eerste editie van dit boek is het zover: de nieuwe druk van Recht in de creatieve industrie ligt nu voor je. In een tijd waarin nieuwe technologische ontwikkelingen elkaar razendsnel opvolgen, staat het recht niet stil. De creatie- ve industrie is een van de snelst groeiende en meest impactrijke sectoren van Nederland. Van media en games tot design en muziek, voor de creatieve in- dustrie zijn de afgelopen jaren flink wat rechtsregels gemoderniseerd. Zowel op Europees niveau als in het Nederlandse recht zijn er belangrijke wetswijzigingen geweest en is er nieuwe jurisprudentie ontstaan. Zo zijn het auteursrecht, het merkenrecht en het privacyrecht aangepast aan een steeds digitaler wordende samenleving. Deze nieuwe druk neemt je mee in de meest actuele wet- en re- gelgeving die van belang is voor jou als creatieve professional. Want recht en de creatieve industrie, het lijken soms twee compleet verschillende werelden. Maar juist nu is kennis van het recht cruciaal. Het kan je carrière maken of breken. Iedereen wordt geacht de wet te kennen, maar dat valt in de praktijk niet mee. In dit boek komen die twee werelden samen. In de creatieve industrie wordt ontwikkeld, ontworpen, getekend, gecompo- neerd, geschreven, gefotografeerd, geknipt en geplakt. Creatieve professionals willen hun uitgewerkte ideeën zo goed mogelijk beschermen om te voorkomen dat anderen profiteren van hun werk. Het intellectueel-eigendomsrecht biedt uitkomst. Door innovatie en vervlechting van de verschillende creatieve bran- ches bestaat er steeds meer overlap tussen verschillende rechtsgebieden. Crea- tieve professionals dienen daarom naast kennis van het intellectueel-eigendoms- recht ook gedegen kennis te hebben van rechtsregels over contracten, privacy, reclame, media, muziek en entertainment. Dit boek behandelt verschillende thema’s van het recht die een rol spelen in de creatieve sector: van auteursrecht tot contractenrecht en van muziekrecht tot mediarecht. Het idee voor dit boek ontstond enkele jaren geleden toen ik als docent op het hbo de opdracht kreeg juridisch onderwijs te ontwikkelen voor verschillende op de creatieve industrie gerichte opleidingen. Ik miste een juridisch boek dat geschreven was voor niet-juristen werkzaam in de creatieve industrie. Ik besloot het heft in eigen handen te nemen. Mijn doel: creatieve professionals (in spe) op een laagdrempelige manier wegwijs maken in de complexe wereld van het recht. Door in te gaan op actuele onderwerpen, spannende rechtszaken en interessante
weetjes heb ik getracht de soms taaie juridische stof tot leven te wekken. Ik hoop je met dit boek (nog meer) enthousiast te maken voor het recht.
Voor deze nieuwe druk gaat mijn dank speciaal uit naar mijn man Rik en mijn lieve kids Mees en Lou.
Ilse van de Laar-Wijdeven Zomer 2021
Inhoud
Introductie
15
Deel 1 Rechtsgebieden
19
1
inleiding in het recht
20 20 20 22 22 23 24 25 25 26 26 27 28 28 29 30 31 31 31 32 34 34 35 37 38 39 41 41
1.1 1.2 1.3
Waarom is er recht? Functies van het recht Waar vinden we recht?
1.3.1 De wet
1.3.2 De jurisprudentie
1.3.3 Het verdrag
1.3.4 Het gewoonterecht
1.4 1.5
De rechtszekerheid Nederlands recht 1.5.1 Privaatrecht 1.5.2 Publiekrecht
1.6
Hoe handhaven we het recht?
1.6.1 De rechter
1.6.2 De voorzieningenrechter
1.7
Grondrechten
1.7.1 Nationale en internationale grondrechten
1.7.2 Klassieke grondrechten 1.7.3 Sociale grondrechten 1.7.4 Botsende grondrechten
1.8
Internationaal recht 1.8.1 Volkenrecht 1.8.2 Europees recht
1.9
Intellectueel-eigendomsrecht 1.9.1 Soorten IE-rechten 1.9.2 Creativiteit over de grens
Samengevat Antwoorden
2
AUTEURSRECHT
43 43 45 45 47 48 50 50 51 52 53 54 55 56 56 61 63 64 64 66 66 66 67 67 71 73 73 75 75 76 77 78
2.1
Auteursrecht: in het kort
2.1.1 Ontstaan 2.1.2 Bewijs
2.1.3 Duur van het auteursrecht en publiek domein
2.2
Eisen voor auteursrecht 2.2.1 De werktoets
2.2.2 Eigen oorspronkelijk karakter
2.2.3 Persoonlijk stempel Wie heeft het auteursrecht? 2.3.1 Het creatieve brein 2.3.2 De werkgever 2.3.3 De rechtspersoon
2.3
2.4
Wat houdt het auteursrecht in? 2.4.1 Het openbaarmakingsrecht 2.4.2 Het verveelvoudigingsrecht 2.4.3 De persoonlijkheidsrechten
2.5
Inbreuk
2.5.1 Namaak of inspiratie?
2.6
Uitzonderingen
2.6.1 Overneming uit de pers door de pers
2.6.2 Citeren
2.6.3 Gebruik in het onderwijs
2.6.4 De privékopie 2.6.5 De parodie
2.7
Vermogensrecht en auteursrecht
2.7.1 Overdracht
2.7.2 Licentie
2.8 2.9
Auteurscontractenrecht Auteursrechtrichtlijn
Samengevat Antwoorden
3
portretrecht
80 80 83 84 85 86 86 88 88 89 90 90 90 91 91 92 93 94 94 96 98 99
3.1 3.2 3.3
Portretrecht: in het kort
Portret in opdracht
Portret niet in opdracht
3.3.1 Redelijk belang van niet-bekende personen 3.3.2 Redelijk belang van bekende personen
3.3.3 Verzilverbare populariteit
Samengevat Antwoorden
4
merkenrecht
4.1 4.2 4.3
Het belang van een merkrecht Merkenrecht: in het kort
Een merk inschrijven
4.3.1 Klassen 4.3.2 Oppositie
4.4 4.5
Territorialiteit
Eisen voor een merkrecht
4.5.1 Teken
4.5.2 Duidelijke en nauwkeurige weergave in register
4.5.3 Onderscheidend vermogen
4.6
Inburgering en verwatering 4.6.1 Inburgering 4.6.2 Verwatering Merkrecht op een vorm Merkrecht op een kleur
100 101 102 103 104 105 106 109 110 111 112
4.7 4.8 4.9
Handhaven
4.9.1 Inbreuk op een merkrecht
4.9.2 Klassieke inbreuk 4.9.3 Verwarringsgevaar 4.9.4 Bekende merken
4.9.5 Ander gebruik van een merk
Samengevat Antwoorden
5
andere bescherming
113 113 114 114 114 115 116 117 119 119 119 120 122 123 124 125 126 126 127 129 130 130 131 134 138 139 141 141 142 143
5.1
Handelsnaamrecht
5.1.1 Naam
5.1.2 Onderneming
5.1.3 Drijven
5.1.4 Inbreuk op een handelsnaam
5.1.5 Handelsnaam in conflict met andere rechten
5.1.6 Beschermingsduur
5.2
Domeinnamen
5.2.1 Domeinnaam en de inbreuk op een ouder merkrecht
5.2.2 Domeinnaam en de inbreuk op een oudere handelsnaam
5.3 5.4 5.5
Octrooirecht Modellenrecht
Slaafse nabootsing
Samengevat
Antwoord
6
privaCYRECHT
6.1 6.2 6.3
Privacyrecht
Privacy als grondrecht
Verwerken van persoonsgegevens
6.3.1 De Algemene Verordening Gegevensbescherming 6.3.2 Wettelijke gronden voor het verwerken van persoonsgegevens
6.3.3 Privacyplichten van organisaties 6.3.4 Privacyrechten van burgers
6.4
Wet meldplicht datalekken
Samengevat
7
verbintenissenrecht
7.1 7.2 7.3
De verbintenis uit overeenkomst
Algemene beginselen
Totstandkoming van een overeenkomst
7.4
Wilsdefecten
145 146 147 149 149 150 151 151 151 151 152 153 153 154 156 156 158 159 160 161 162 165 166
7.4.1 De typefout
7.4.2 De geestelijke stoornis De handelingsonbekwame 7.5.1 Onder curatele gestelden
7.5
7.5.2 Minderjarigen Wettelijke wilsgebreken
7.6
7.6.1 Bedreiging
7.6.2 Bedrog
7.6.3 Misbruik van omstandigheden
7.6.4 Dwaling
7.7
Inhoud van de overeenkomst
7.7.1 De partijafspraak en de Haviltex-leer
7.7.2 De wet, gewoonte en redelijkheid en billijkheid
7.8
Niet-nakoming
7.8.1 Wanprestatie 7.8.2 Overmacht
7.9
Beëindiging en opzegging
7.10 Algemene voorwaarden 7.11 De onrechtmatige daad
7.11.1 Eisen van de onrechtmatige daad
Samengevat Antwoorden
Deel 2 BRANCHES
169
8
reclame en recht
170 171 171 172 173
8.1 8.2 8.3
Reclamewetten
Oneerlijke handelspraktijk
Misleidende reclame
8.3.1 Misleidend of niet?
8.4
Vergelijkende reclame
174 175 177 177 178 181 183 184 185 185 186 189 190 191 192 193 194 196 196 196 197 199 200 200 201 201 202 202 202 204 205 206 207
8.4.1 Toegestane vergelijking
8.4.2 Merkgebruik in een vergelijkende reclame
8.4.3 Anonieme vergelijking Nederlandse Reclame Code Reclamecode Social Media
8.5 8.6
Samengevat Antwoorden
9
media en recht
9.1
Algemene wettelijke kaders
9.1.1 Persvrijheid
9.1.2 Privacy in de media
9.1.3 Journalistieke bronbescherming 9.1.4 Toegang tot informatie 9.1.5 Pers-in-persexceptie 9.1.6 Onrechtmatige mediadaad 9.1.7 Portretrecht in de media
9.2
Mediawetgeving 9.2.1 Mediawet
9.2.2 Het Commissariaat voor de Media
9.2.3 Publieke omroepen 9.2.4 Commerciële omroepen Juridische aspecten van YouTube
9.3
9.3.1 Eigen richtlijnen 9.3.2 Wettelijke kaders 9.3.3 Reclameregels
9.4
Het mediaformat
9.4.1 De bescherming van een format 9.4.2 Auteursrecht op een format 9.4.3 Geheimhoudingsverklaring
9.4.4 Merkrecht op de titel
9.4.5 De exploitatie van een format
Samengevat
10 muziek en recht
209 209 210 210 211 212 212 212 212 213 214 215 215 215 216 217 217 218 220 220 221 222 223 224 225 226 227 227 228 228 229 231 232 233
10.1 Spelers in de muziekindustrie
10.1.1 Componist, tekstschrijver en uitvoerend artiest
10.1.2 Collectieve beheersorganisaties 10.1.3 Muziekmaatschappij (het label) 10.1.4 Muziekuitgeverij (de publisher)
10.1.5 Management 10.1.6 Boekingskantoor
10.1.7 Online platforms en aggregators
10.2 Muziekovereenkomsten
10.2.1 Platencontract
10.2.2 Licentieovereenkomst
10.2.3 Sales-en-distributieovereenkomst
10.2.4 360 gradenovereenkomst
10.2.5 Muziekuitgaveovereenkomst (publishingdeal)
10.2.6 Artiestenmanagementovereenkomst
10.3 Muziekauteursrecht
10.3.1 Auteursrecht: hoe zit het ook alweer?
10.3.2 Muziekdiefstal of auteursrechtinbreuk op muziek
10.3.3 Remixen 10.3.4 Prior art
10.3.5 Geen auteursrechtinbreuk
10.3.6 Soundsampling
10.3.7 Clearen 10.3.8 Coveren
10.4 Naburige rechten
10.4.1 Wet op de naburige rechten
10.4.2 Rechten van de uitvoerend kunstenaar 10.4.3 Rechten van de (fonogrammen)producent
10.5 Collectief beheer
10.5.1 Buma/Stemra
10.5.2 Sena Samengevat Antwoorden
11 entertainment en recht
235 235 236 236 242 242 244 244 245 246 247 248 249 251 253 255 258 262 272
11.1 Film
11.1.1 Auteursrecht: hoe zit het ook alweer?
11.1.2 Filmauteursrecht
11.1.3 Films en naburig recht 11.1.4 Films en portretrecht
11.2 Games
11.2.1 Games en auteursrecht
11.2.2 Kansspelen
11.3 Performing arts
11.3.1 Grootrecht en kleinrecht
11.4 Events
11.4.1 Juridische aspecten bij het organiseren van een event
11.4.2 Events en intellectueel-eigendomsrechten
Samengevat
NOTEN
illustratieverantwoording
register
Over de auteur
Introductie
Recht in de creatieve industrie In de creatieve industrie is het recht van cruciaal belang. Zo speelt het recht een rol bij de muziek die je maakt, de logo’s die je ontwerpt en de teksten die je schrijft. De creatieve industrie zet creativiteit in bij het maken en vermark- ten van producten en diensten. Er wordt ontwikkeld, ontworpen, getekend, gecomponeerd, geschreven, gefotografeerd, geknipt en geplakt. Makers zoals ontwerpers, fotografen, muzikanten en conceptontwikkelaars willen hun uit- gewerkte ideeën zo goed mogelijk beschermen om te voorkomen dat anderen profiteren van hun werk. Het recht biedt hun uitkomst. Kennis van het recht kan een creatieve carrière maken of breken. Voor de creatieve professional is het daarom niet alleen nuttig, maar zelfs noodzakelijk om goed op de hoogte te zijn van zijn rechten, plichten en mogelijkheden. Hoe werkt dit boek? Dit boek maakt je op een laagdrempelige manier wegwijs in de complexe wereld van het recht. Het behandelt uiteenlopende thema’s van het recht die een rol spelen in de creatieve sector: van auteursrecht tot contracten- recht en van muziekrecht tot mediarecht. Actuele voorbeelden, belangrij- ke jurisprudentie en gewaagde stellingen worden aangevuld met need to know - en nice to know -informatie. In de ‘Stel-je-eens-voor-kaders’ kan de lezer via vragen de pas opgedane kennis zelf toepassen – de antwoorden staan achter in elk hoofdstuk. Elk hoofdstuk eindigt met een samenvatting. Het boek is opgedeeld in twee delen: Rechtsgebieden Dit deel bespreekt de belangrijkste rechtsgebieden voor de creatieve industrie. Aan de hand van verschillende wet- en regelgeving wordt de creatieve en com- merciële praktijk van de creatieve professional besproken.
1
2
Branches Dit deel bespreekt juridische wet- en regelgeving die een rol speelt in enke- le veelvoorkomende branches van de creatieve industrie. Aan bod komen de
15
recht in de creatieve industrie
volgende branches: reclame (gericht op marketeers en reclamemakers van re- clamecampagnes, advertenties en reclamespots), media (gericht op persmedia, televisie, radio en moderne media), muziek (gericht op de muziekauteur, de ar- tiest, het collectieve beheer en de muziekindustrie) en entertainment (gericht op de film-, games-, performing arts- en eventsbranche). Dit deel van het boek geeft voorbeelden, verhalen uit de praktijk en tips-and-tricks. Online studiemateriaal Op www.coutinho.nl/rechtindecreatieveindustrie2 vind je het online studiema- teriaal bij dit boek. Dit materiaal bestaat uit een interactieve begrippentrainer per hoofdstuk.
Ga naar www.rechtindecreatieveindustrie.nl voor meer informatie over de auteur en het boek.
Voor wie? Dit boek is voor iedereen die een aan de creatieve industrie verwante opleiding volgt of in de creatieve industrie werkt. Het is voor de makers, de ontwikke- laars, de marketeers en de organisatoren, zoals:
16
CREATIEF ONDERNEMER (ONLINE) MARKETEER - CONCEPTONTWIKKELAAR BRANDMANAGER - PR-PROFESSIONAL COMMUNICATIEADVISEUR - DESIGNER MUZIKANT - JOURNALIST - COPYWRITER FOTOGRAAF - ARTIESTENMANAGER GAME DEVELOPER - FILMMAKER SCHRIJVER - EVENT-/FESTIVALORGANISATOR TELEVISIEMAKER - BLOGGER/VLOGGER ARTDIRECTOR - INDUSTRIEEL ONTWERPER INNOVATIEMANAGER - SCENARIOSCHRIJVER ARCHITECT - THEATERMARKETEER FORMATONTWIKKELAAR - ANIMATOR -
Deel 1 Rechtsgebieden
H 1 De creatieve industrie verbeeldt ideeën, creëert innovaties en biedt oplossin- gen voor maatschappelijke problemen. Bij het ontwikkelen, conceptualiseren en vermarkten van creativiteit speelt het recht een essentiële rol. Het is voor de creatieve professional noodzakelijk om goed op de hoogte te zijn van zijn rechten en plichten. Dit inleidende hoofdstuk maakt je op een laagdrempelige manier wegwijs in de wereld van recht. Het bespreekt een aantal algemene on- derwerpen van het recht die van belang zijn voor een goed begrip van de vol- gende hoofdstukken. Aan de orde komen de volgende onderwerpen: waarom is er recht? (paragraaf 1.1), functies van het recht (paragraaf 1.2), waar vinden we recht? (paragraaf 1.3), de rechtszekerheid (paragraaf 1.4), het Nederlandse recht (paragraaf 1.5), hoe handhaven we het recht? (paragraaf 1.6), grondrech- ten (paragraaf 1.7), het internationale recht (paragraaf 1.8) en tot slot het intel- lectueel-eigendomsrecht (paragraaf 1.9). inleiding in het recht
1.1 Waarom is er recht?
De basis van onze samenleving bestaat uit het contact met anderen. Je gaat naar school met anderen, je werkt met anderen, je woont samen met anderen. Binnen dat contact kunnen conflicten ontstaan. Waar conflicten zijn, is be- hoefte aan regels die deze conflicten beheersbaar maken. In onze samenleving is deze taak weggelegd voor het recht. Het recht zorgt voor vrede, veiligheid en gelijkheid in onze samenleving. Het recht weerspiegelt onze normen, waarden en idealen. En het recht dient ertoe zo veel mogelijk conflicten te voorkomen en bestaande conflicten op te lossen.
1.2 Functies van het recht
Het recht heeft vier belangrijke functies. In het recht liggen allereerst normen vast die aangeven wat wenselijk en wat onwenselijk gedrag is. Wat goed en
20
1.2 Functies van het recht
fout is, wordt ons van kinds af aan geleerd. Je mag bijvoorbeeld niet stelen. Veel ethische fatsoensnormen worden zo belangrijk geacht dat er een straf op wordt gesteld als ze worden overtreden, zoals de strafbaarstelling van diefstal of moord. De ethische normen zijn dan ook rechtsnormen. We noemen dit de normatieve functie van het recht. Het recht is ook een instrument van de wetgever om bepaald gedrag bij men- sen te realiseren. Verkeersregels geven een goed voorbeeld: in Nederland rijden we altijd aan de rechterkant van de weg. Dit doen we niet uit normbesef, maar omdat de wetgever dit heeft bepaald. Dit is de instrumentele functie van het recht. Het recht kent verder een aanvullende functie : als mensen vergeten goede afspraken te maken met elkaar, dan kunnen ze terugvallen op de regels van het recht. Bijvoorbeeld: als een rockband een liedje maakt, maar vergeet afspraken te maken over de verdeling van de royalty’s (vergoedingen voor het gebruik van intellectueel-eigendomsrechten). De wet vult dan aan: deze zegt dat er sprake is van een gezamenlijk auteursrecht en dat de leden van de rockband hun royalty’s daarom evenredig moeten verdelen. Tot slot heeft het recht een geschiloplossende functie . Wanneer twee of meer partijen hun conflict niet zelf kunnen oplossen, dan zal een onafhankelijke derde een besluit nemen. Deze taak is weggelegd voor de rechter.
normatieve functie
instrumentele functie
functies van het recht
aanvullende functie
geschiloplossende functie
Nice to know! WET TEGEN HEKSERIJ?
In de westerse cultuur mogen wij, als we iemand willen straffen, niet het heft in eigen hand nemen. Het ‘oog om oog, tand om tand’-principe – ook wel ei- genrichting genoemd – is verboden. We mogen niet voor eigen rechter spelen. In Papoea-Nieuw-Guinea mocht dit tot voor kort wel. De beruchte Sorcery Act, een wet tegen hekserij, stond het toe dat misdadigers strafvermindering kre-
21
Hoofdstuk 1 inleiding in het recht
gen voor geweld tegen of moord op iemand die zij beschuldigden van hekserij. Veel mensen speelden hierdoor voor eigen rechter. Zo ook in het geval van de 20-jarige Kepari Leniata. Haar buurtgenoten betichtten haar van hekserij, om- dat ze de mysterieuze dood van een buurjongen op haar geweten zou hebben. Voor Kepari kwam de afschaffing van deze wet te laat. Vlak voordat de wet werd ingetrokken, kwam zij tragisch aan haar eind. Als laatste ‘heks’ belandde Kepari op een brandstapel; haar moordenaars werden vrijgesproken.
1.3 Waar vinden we recht?
Alle rechtsregels die in Nederland gelden, vormen samen ‘het recht’. Ons recht komt voort uit rechtsbronnen. We onderscheiden de volgende vier rechtsbron- nen: de wet, de jurisprudentie, het verdrag en het gewoonterecht.
1.3.1 De wet
Een wet is een geschreven rechtsregel. Wetten vind je in verschillende wetboe- ken. Onze nationale wetten worden gemaakt door de regering (de koning en de ministers) en de Staten-Generaal (de Eerste en Tweede Kamer). Zij vormen samen de formele wetgever . Er wordt een onderscheid gemaakt tussen wetten in formele zin en wetten in materiële zin. De wetten in formele zin zijn opgesteld door de formele wet- gever: de regering en de Staten-Generaal. Een goed voorbeeld van een wet in formele zin is artikel 1 van de Grondwet. Artikel 1 Grondwet – Verbod op discriminatie Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, ge- slacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan. Naast wetten in formele zin zijn er ook wetten in materiële zin . Onder de wet in materiële zin vallen alle bepalingen die volgens hun inhoud als een wet ge- zien kunnen worden. Inhoudelijk spreken we van een wet in materiële zin als de wet algemeen verbindende voorschriften (avv’s) bevat. Avv’s zijn regels die voor iedereen gelden. De maatregel van een avv is dus niet op een specifiek geval of een specifieke persoon gericht, maar heeft belang voor allerlei burgers. Naast de formele wetgever kunnen ook lagere wetgevers (zoals wetgevers van provincies of gemeenten) wetten opstellen.
22
1.3 Waar vinden we recht?
Wetten in formele zin en wetten in materiële zin hoeven elkaar niet uit te slui- ten. Zo is artikel 1 van de Grondwet zowel een wet in formele zin als een wet in materiële zin. Het is een wet in formele zin, omdat hij is vastgesteld door de wetgever, en het is een wet in materiële zin, omdat hij algemeen verbindende voorschriften bevat voor alle Nederlanders. Soms zijn wetten in formele zin geen wet in materiële zin: ze zijn opgesteld door de formele wetgever maar bevatten geen algemeen verbindende voor- schriften, omdat ze zich op één specifiek geval richten. Dit komt niet veel voor, maar een goed voorbeeld is de toestemmingswet voor een huwelijk van een lid van het Koninklijk Huis (artikel 28 Grondwet). Wetten die geen wet in formele zin zijn maar wel een wet in materiële zin, komen vaker voor: deze wetten zijn niet opgesteld door de formele wetgever maar bevatten wel algemeen verbindende voorschriften. Voorbeelden zijn pro- vinciale en gemeentelijke verordeningen. Nice to know! VREEMDE WETTEN Door de eeuwen heen zijn er behoorlijk wat vreemde wetten gemaakt. Zo mag een zwangere vrouw in Groot-Brittannië overal waar ze maar wil haar behoefte doen, zelfs in de helm van een politieman. In Frankrijk is het verboden om je varken Napoleon te noemen. En in Israël mag je geen beren meenemen naar het strand. Hoewel de kans op een straf bij ‘overtreding’ van deze rechtsregels minimaal is, zijn deze wetten officieel rechtsgeldig. Naast de wet komt het recht voort uit de rechtspraak, ook wel rechtersrecht of jurisprudentie genoemd. Recht is geen statisch gegeven maar dient, als ant- woord op nieuwe ontwikkelingen, telkens opnieuw te worden geïnterpreteerd en uitgelegd. Deze taak is weggelegd voor rechters. Het recht ontwikkelt zich mede doordat rechters uitspraken doen over concrete, aan hen voorgelegde gevallen. Rechters kunnen dan simpelweg de wet toepassen. Maar wat als rechters in een rechtszaak een bepaalde wet niet duidelijk op het geschil kunnen toepassen? Het komt geregeld voor dat een rechter een leeg- te in de wet opvult, het recht uitlegt en het recht aan de praktijk beantwoordt. Bijvoorbeeld: als er geen goed passende wet voor het geschil is, dan legt de rechter de onduidelijke regel uit of formuleert hij zelfstandig een nieuwe regel die geldt in dat geschil. Hij vult dan die leegte in. Zo ontstaat er jurisprudentie. 1.3.2 De jurisprudentie
23
Hoofdstuk 1 inleiding in het recht
Jurisprudentie heeft dezelfde geldigheid als het recht uit de wet. Zo is in de jurisprudentie bepaald dat je een agent ‘mierenneuker’ mag noemen. Het gebruik van het woord ‘mierenneuker’ is op zichzelf niet beledigend; of het een belediging oplevert, hangt af van de context waarin het woord wordt gebruikt. 1
1.3.3 Het verdrag
Ons recht komt ook voort uit verdragen. Een verdrag is een afspraak gesloten door staten (onderling) en/of volkenrechtelijke organisaties (zoals de Verenig- de Naties). Als twee of meer staten en/of volkenrechtelijke organisaties een in- ternationale samenwerking aangaan, dan leggen zij dat vast in een verdrag. Het verdrag is dus een soort contract. Het verdrag is een belangrijk onderdeel van het internationaal recht (zie paragraaf 1.8). Door de globalisering neemt het aantal verdragen toe. Kort gezegd kunnen verdragen de volgende inhoud hebben: 1 In een verdrag kunnen staten hun rechten en plichten over en weer vast- leggen. Een voorbeeld is het UNESCO-verdrag dat Nederland heeft geslo- ten met honderdtwintig andere landen. Dat verdrag bepaalt dat kunst die behoort tot het cultureel erfgoed van een land, niet zomaar verkocht mag worden aan het buitenland. Als een Franse miljonair Rembrandts Nacht- wacht wil kopen van het Rijksmuseum voor boven zijn bed, dan is dat dus niet toegestaan. De Nachtwacht is en blijft Nederlands kunstbezit. 2 2 In een verdrag kunnen staten rechten opnemen die gaan over hun burgers. Bijvoorbeeld: een verdrag waarin landen met elkaar afspreken dat zij kin- derarbeid verbieden. Die afspraak heeft rechtstreeks betrekking op de bur- gers van die landen. 3 Verdragen kunnen internationale organisaties en internationale tribunalen (tijdelijke of permanente internationale gerechtshoven) in het leven roepen. Een voorbeeld van een internationale organisatie zijn de Verenigde Naties (VN) die door het handvest van de Verenigde Naties zijn opgericht. De Verenigde Naties zijn een internationale organisatie van 193 landen. Deze landen werken samen op het gebied van het internationale recht, mondiale veiligheid, behoud van mensenrechten, ontwikkeling van de wereldecono- mie en het onderzoek naar maatschappelijke en culturele ontwikkelingen. Een voorbeeld van een internationaal tribunaal is het International Crimi- nal Court (Internationaal Strafhof), opgericht door het Statuut van Rome. 3
24
1.4 De rechtszekerheid
De Nachtwacht : hij voelt niet alleen ‘van ons’, hij ís van ons.
1.3.4 Het gewoonterecht
Tot slot komt ons recht voort uit gewoonterecht. Gewoonterechtelijke regels zijn niet in de wet vastgelegd, maar rechters kunnen deze regels wel meenemen in hun beslissing. Het gewoonterecht wordt ook wel ongeschreven recht genoemd. In het internationale recht komen deze regels nog veelvuldig voor; in Nederland kennen we niet veel gewoonterechtelijke regels meer, omdat veel is vastgelegd in de wet. Een voorbeeld van een nationale, gewoonterechtelijke regel is de ver- trouwensregel in het staatsrecht. Deze regel geldt tussen de Tweede Kamer en een kabinet en houdt in dat het kabinet tijdens zijn regeringsperiode het ver- trouwen van de Tweede Kamer nodig heeft om te kunnen regeren. Deze regel is niet vastgelegd in een wet, maar geldt dus wel degelijk in ons rechtssysteem.
1.4 De rechtszekerheid
Het recht biedt rechtszekerheid. In de creatieve industrie wordt het recht nogal eens gezien als ouderwets en star. De creatieve industrie kenmerkt zich na- melijk door innovatie. Juist in de creatieve sector staan bepaalde rechtsgebie- den daarom nogal eens ter discussie. Zo is het een populaire gedachte dat het auteursrecht – in onze digitaliserende samenleving – verouderd is. Maar ook het recht op privacy en rechtsregels over muziek, media, reclame en merken dienen mee te bewegen met de maatschappelijke veranderingen.
25
Hoofdstuk 1 inleiding in het recht
Juridisch gezien heeft het echter niet de voorkeur om bij iedere nieuwe technologie en innovatie de wet- en regelgeving aan te passen. Het recht moet namelijk rechtszekerheid bieden. De maatschappij – en dus ook de creatieve industrie – moet op een wet kunnen bouwen en weten waar zij aan toe is. Om die reden worden in wetten open normen gebruikt: de wetten zijn zo ruim op- geschreven dat zij in de tijdsgeest geïnterpreteerd kunnen worden. Rechters mogen deze open normen zelfstandig interpreteren. Op die ma- nier kunnen er in de rechtspraak nieuwe eisen en criteria voor een wet ont- staan. Daarnaast komt het voor dat de wetgever de betekenis van een rechtsre- gel verandert, vanwege nieuwe ontwikkelingen of voortschrijdende inzichten. De politiek laat zich dan uit over de gewenste betekenis die aan bestaande wet- telijke voorschriften moet worden gegeven. Het Nederlandse recht bestaat inhoudelijk uit verschillende rechtsgebieden, maar er valt een grove tweedeling te maken tussen het privaatrecht en het pu- bliekrecht. Het privaatrecht geeft regels en wetten die gelden voor en tussen burgers onderling, tussen burgers en bedrijven en tussen bedrijven onderling. Het publiekrecht gaat over wetten en regels die van toepassing zijn tussen bur- gers en overheidsorganen, en tussen overheidsorganen onderling. Voor de creatieve industrie is het privaatrecht een belangrijk rechtsgebied. Bij het maken en vermarkten van creatieve werken ontstaan geregeld geschillen. Als twee (of meer) burgers een geschil krijgen, dan kunnen ze terecht bij de pri- vaatrechter. Het privaatrecht regelt de verhoudingen tussen burgers onderling (burgers worden in het recht natuurlijke personen genoemd), tussen burgers en bedrijven, en tussen bedrijven onderling (bedrijven noemen we rechtspersonen ). Het privaatrecht is een breed rechtsgebied. De verschillende rechtsgebieden van het privaatrecht hebben vaak met elkaar te maken en kunnen in elkaar overvloeien. In dit boek komen de volgende twee rechtsgebieden van het pri- vaatrecht aan de orde. 1 Het verbintenissenrecht gaat over verbintenissen. Een verbintenis is een han- deling van een of meerdere (rechts)personen. Het aangaan van een overeen- komst behoort tot het verbintenissenrecht. In de creatieve industrie speelt het verbintenissenrecht een belangrijke rol. Bij het maken en vermarkten van cre- atieve werken dienen goede en duidelijke overeenkomsten te worden gesloten. 1.5.1 Privaatrecht
1.5 Nederlands recht
26
1.5 Nederlands recht
2 Het intellectueel-eigendomsrecht is een rechtsgebied dat gaat over de be- scherming van voortbrengselen van de menselijke geest. Een liedje, een schilderij of een boek is zo’n voortbrengsel. Tot dit rechtsgebied behoren rechten als het auteursrecht en het merkenrecht. Het intellectueel-eigen- domsrecht is de kurk waarop de creatieve industrie drijft. Dit rechtsgebied zal daarom uitvoerig besproken worden in dit boek. Andere rechtsgebieden die behoren tot het privaatrecht zijn onder meer: het goe- derenrecht (over wie eigenaar is van een bepaald goed en hoe hij dat kan over- dragen), het ondernemingsrecht (over de interne en externe juridische zaken van ondernemingen), het personen- en familierecht (over juridische zaken die in een gezin of familie kunnen spelen, zoals trouwen, scheiden en adoptie) en het arbeidsrecht (over alle juridische zaken tussen de werkgever en de werknemer). Het publiekrecht geeft regels voor de verhouding tussen de burger en de over- heid. Overheidsorganen hebben bepaalde taken die alleen zij mogen uitvoe- ren. Om dat in goede banen te leiden en ervoor te zorgen dat de belangen van de Nederlandse burger gewaarborgd blijven, bestaan er de regels van het publiekrecht. In publiekrechtelijke geschillen is altijd een van de partijen een overheidsorgaan. Zo’n orgaan kan een gemeente zijn, maar ook de officier van justitie die in een strafzaak een verdachte aanklaagt. Let wel: overheidsorganen kunnen ook partij zijn in een privaatrechtelijke rechtszaak. Tot het publiekrecht behoren uiteenlopende rechtsregels. Zo behoren de re- gels die gaan over de inrichting van de Nederlandse staat tot het publiekrecht, maar ook de strafrechtelijke veroordeling van een crimineel hoort hier thuis. Hoewel het publiekrecht binnen de creatieve industrie een kleine rol speelt, kan het soms wel van belang zijn. Bijvoorbeeld bij de aanvraag van een subsi- die of een vergunning. Om je een volledig beeld te geven van het Nederlandse recht bespreken we nu kort het publiekrecht. Het publiekrecht bestaat uit de volgende rechtsgebieden: м Het staatsrecht geeft regels over de organisatie van de Nederlandse staat. De regels bepalen bijvoorbeeld hoe een nieuw kabinet tot stand komt. м Het strafrecht bepaalt welke feiten strafbaar zijn en wat de straf is. Het be- gaan van een strafbaar feit is een schending van de Nederlandse rechtsorde. м Het bestuursrecht gaat over regels waar de overheid zich aan moet houden bij het nemen van beslissingen. Het geeft organen van de overheid enerzijds 1.5.2 Publiekrecht
27
Made with FlippingBook Digital Publishing Software