Interculturele samenwerking in organisaties - Herman Blom

1.3 | Nederland immigratieland

Meer verscheidenheid aan herkomst De verscheidenheid aan herkomst is toegenomen. Kwamen in de vorige eeuw de meeste migranten uit de buurlanden, uit de voormalige koloniën en uit Marokko en Turkije, sinds het einde van de Koude Oorlog komen migranten uit alle delen van de wereld. De bruiddonorlanden Over verscheidenheid gesproken: er is een bron van immigratie die buiten de bekende rijtjes valt. Toch is die groep aan het groeien en vaak ook in het straatbeeld zichtbaar. In totaal komen de laatste jaren meer vrouwen (70 procent) dan mannen als huwelijksmigrant naar Nederland. Vooral autochtone mannen gaan migratiehuwelijken aan met vrouwen uit de voormalige Sovjet-Unie, Thailand en Brazilië. Deze landen worden wel de ‘bruiddonorlanden’ genoemd. Anders dan de immigratie van partners uit de klassieke migratielanden Marokko en Turkije daalt deze vorm van huwelijksmigratie dus niet. Een belangrijke reden hiervoor is de opkomst van goedkope vakantievluchten naar verre bestemmingen en de komst van het internet. Die leidden ertoe ‘dat menige langeafstandsliefde opbloeide. Dit mondde geregeld uit in huwelijksmigratie richting Nederland en droeg daarmee bij aan de opkomst van de “kleinere” herkomstgroepen in de immigratiestatistiek’ (WRR, 2020, p. 49). Meer verscheidenheid aan verblijfsduur Er is meer verscheidenheid in de duur van het verblijf. De meeste migranten uit het voormalig Nederlands-Indië, Suriname, Turkije en Marokko vestigden zich blijvend in ons land. De laatste decennia zien we echter een flinke toename in het aantal immigranten dat alleen tijdelijk in ons land komt wonen. De WRR spreekt van ‘vlottendheid’. Daarmee bedoelt het WRR dat de immigranten gemiddeld korter blijven (WRR, 2020, p. 62). Zo was van de migranten die in de periode 1995- 1999 naar de drie grote steden (Amsterdam, Rotterdam en Den Haag) kwamen, na twee jaar bijna 16 procent weer vertrokken. Voor de migranten die in de periode 2006-2010 naar deze drie steden kwamen, gold dit al voor 27 procent. In andere steden kan het verloop nog groter zijn. In grootstedelijke provinciegemeenten als Utrecht, Leiden, Eindhoven, Amersfoort en Arnhem is bijna 35 procent van de im- migranten na twee jaar weer vertrokken en in expatgemeenten als Amstelveen, Wassenaar en Voorschoten zelfs bijna 38 procent. Ook deze trend zet waarschijn- lijk door. Het lijkt er dus op dat steedsmeer immigranten passanten zijn geworden. Meer verscheidenheid aan motief en status De verscheidenheid aan migratiemotief en sociaal-economische status is toege- nomen. De ‘klassieke’ immigranten uit Marokko en Turkije waren laaggeschoolde arbeidskrachten. Ook veel van de ‘nieuwe’ arbeidsmigranten uit Polen, Bulgarije en Roemenië verrichten laaggeschoold werk. Maar andere migranten uit die landen en veel migranten uit de Europese Unie (EU), de Verenigde Staten, India en China zijn hoogopgeleid en komen om te studeren of te promoveren en gaan

21

Made with FlippingBook - professional solution for displaying marketing and sales documents online