Talenbewust lesgeven - Joana Duarte

2 • Detectives opsporen en ramen lappen

en een opdrachtkaart. In elk groepje wordt er vanuit coöperatieve werkvormen aan de slag gegaan: er is een leider, een verslaggever, een tijdsbewaker en een materiaal meester. Ook in dit voorbeeld gaan de leerlingen interactief met taal aan de slag en doen ze dat, net zoals bij het vorige voorbeeld het geval is, met een motiverend doel: het beste raamlapproduct vinden. Het verschil met de voorgaande voorbeelden is dat het hier niet om een taalles op zichzelf gaat, maar over de inhoud van een vak, in dit geval een praktijkvak. Ook in niet-taalvakken komt immers heel wat taal aan bod en zijn er kansen om aan taalontwikkeling van leerlingen te werken. Dit voor beeld, inclusief vuistregels voor een geletterde lespraktijk in het voortgezet onder wijs, is terug te vinden op www.geletterdheid.org bij het project G-kracht (Padmos et al., 2011). Op de website bij dit boek vind je een directe link naar dit lesvoorbeeld. Wat de drie voorbeelden – de taalles van juf Femke, de taalles over meneer Baldido en de les over ramen lappen – duidelijk maken, is dat de wijze waarop je taalleer kansen in allerlei lessen biedt er zeker toe doet. De drie voorbeelden bevatten allemaal ingrediënten van een krachtige taalleeromgeving. Maar wat houdt zo’n krachtige taal leeromgeving precies in? En wat heeft taalgericht vakonderwijs te maken met een krachtige taalleeromgeving? In dit hoofdstuk lichten we toe wat cruciale ingrediënten zijn voor effectief taalonderwijs in het reguliere onderwijs en hoe je daarmee in je eigen lespraktijk aan de slag kunt. In wat volgt, bespreken we de betekenis van een krachtige taalleeromgeving. We leggen vervolgens de relatie met taalontwikkelend lesgeven in niet-taalvakken of taalgericht vakonderwijs. 2.2.1 Een krachtige taalleeromgeving Juf Femke brengt heel wat zaken van effectief taalonderwijs dagelijks in de praktijk. Ze zet in op een sterke groepsverbondenheid in de klas, schotelt de kinderen betekenisvolle taalactiviteiten voor, doorspekt de dag met denkontwikkelende vragen en toont een onwrikbaar geloof in hun leerpotentieel. Het is de mix van al die ingrediënten samen – net zoals in een smakelijke maaltijdsoep of een rijk belegde pizza – die haar lespraktijk zo sterk maakt. Laat één van die ingrediënten weg, en je eet een flauw soepje of knabbelt aan een kale pizzabodem. Voedzaam is die maaltijd vast nog wel, maar het heeft allemaal weinig smaak. Sterk taalonderwijs is dus een verhaal van ingrediënten. Dat maakt het wellicht ingewikkeld, want waarop moet je nu precies inzetten om succes te boeken? Om het verhaal te vatten, kun je kijken naar het model van de krachtige taalleeromgeving dat ontwikkeld werd aan het Centrum voor Taal en Onderwijs (KU Leuven), zoals dat is weergegeven in figuur 2.3.

2.2 Uit de theorie

36

Made with FlippingBook Learn more on our blog