Goedgelettered leerboek 2 - Koot

9.2 De woorden fiets, trein en auto

auto 1 Wat is een auto? 2 Ga je weleens met een auto? 3 Wat heb je nodig om auto te kunnen rijden?

Hoe vaak hoor je auto in de tekst?

Zet een cirkel om auto in de tekst.

au – t – o 1 Weet je nog andere woorden met au? 2 Weet je nog andere woorden met o = oo?

Maak werkblad 9.5 en 9.6.

Wil je meer oefenen met auto? Ga naar 9.5 in het lees- en schrijfschrift.

19

Made with FlippingBook Ebook Creator