Goedgelettered leerboek 2 - Koot
NELLEKE KOOT
Leerboek alfabetisering deel 2 geletterd goed
VAN ALFA A NAAR ALFA C
Goedgeletterd
Bij dit boek is ook online studiemateriaal. Dit materiaal bestaat uit computeropdrachten, luisterteksten, werkbladen en werkboekjes. Je hebt de code hieronder nodig. Ga naar www.coutinho.nl/goedgeletterd-deel2 en volg de instructies. Lukt het niet? Vraag om hulp.
Let op! Het online studiemateriaal bij deel 1 staat op www.coutinho.nl/goedgeletterd-deel 1 Je hebt de code uit leerboek deel 1 nodig.
Goedgeletterd
Leerboek alfabetisering – Deel 2
Nelleke Koot
bussum 2021
© 2021 Uitgeverij Coutinho bv Alle rechten voorbehouden.
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet 1912 dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor de readerregeling kan men zich wenden tot Stichting UvO (Uitgeversorganisatie voor Onderwijslicenties, www.stichting-uvo.nl). Voor het gebruik van auteursrechtelijk beschermd materiaal in knipselkranten dient men contact op te nemen met Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie, www.stichting-pro.nl). Uitgeverij Coutinho Postbus 333
1400 AH Bussum info@coutinho.nl www.coutinho.nl Omslag: studio Pietje Precies bv, Hilversum Opmaak binnenwerk: Yolande Verhoef, Amsterdam Beeld binnenwerk: © Shutterstock Noot van de uitgever
Wij hebben alle moeite gedaan om rechthebbenden van copyright te achterhalen. Personen of instanties die aanspraak maken op bepaalde rechten, wordt vriendelijk verzocht contact op te nemen met de uitgever. De personen op de foto’s komen niet in de tekst voor en hebben geen relatie met hetgeen in de tekst wordt beschreven, tenzij het anders vermeld is. ISBN: 978 90 469 0787 0 NUR: 114
Mijn leerboek Deel 2
Mijn naam is
Ik woon in
Ik leer Nederlands.
Deel 1 heeft 8 thema’s. Deel 2 heeft ook 8 thema’s. Dit is deel 2.
Inhoud
9 Vervoer
11
10 Hobb y en sport
35
11 Uitgaan en cursussen
57
12 Mijn huis
83
13 In de keuken
109
14 Geldzaken
135
15 Vrijwilligerswerk
157
16 Betaald werk
185
Wat betekent het? Luister naar … Luister op de computer
Zeg of praat samen Kijk naar het plaatje Lees de tekst Schrijf op Zet een rondje om … Zoek op Vraag aan … Wil je meer oefenen? Maak de computeropdracht Knip uit Wijs aan
Online studiemateriaal
Bij dit boek is ook online studiemateriaal. Ga naar www.coutinho.nl/goedgeletterd-deel2 Bij de thema’s staan de luisterteksten. En de computeropdrachten. Je kunt ook de werkbladen downloaden. En de boekjes ‘Tellen en rekenen’ en ‘Klokkijken’. Let op! Het online studiemateriaal bij deel 1 staat op www.coutinho.nl/goedgeletterd-deel 1 Je hebt de code uit leerboek deel 1 nodig.
Thema 9 Vervoer
Inhoud
9.1 Hoe ga jij? 9.2 De woorden fiets, trein en auto 9.3 Zinnen lezen en schrijven 9.4 Hoe laat?
9.5 De weg vragen 9.6 Een plattegrond 9.7 Wat kan ik al?
11
Thema 9 Vervoer
9.1 Hoe ga jij?
Hoe kom jij op school?
Ik loop naar school. Want ik woon dichtbij. Ik woon dicht bij school.
Hoe ga jij naar school, Yara? Ik ga met de fiets. Dat is gezond. Ik fiets naar school.
12
9.1 Hoe ga jij?
Hoe kom jij op school, Said? Ik kom met de scooter. En als het regent? Dan ga ik met de bus.
Hoe ga jij naar school, Kamal? Ik ga met de trein.
En vanaf het station? Dan neem ik de tram.
Hoe kom jij op school, Anna? Ik rijd met de auto. Waar zet je de auto neer? Ik parkeer dicht bij school. Op de parkeerplaats.
En jij? Hoe ga jij naar school?
Je kunt vertellen hoe je naar school gaat. Wil je meer oefenen? Luister nog een keer naar de tekst.
Oefen samen met vragen en antwoorden.
13
Thema 9 Vervoer
Je kunt 6 woorden over vervoer zeggen en aanwijzen. Wil je meer oefenen? Maak werkblad 9.1 ‘Hoe ga jij?’
Op vakantie
Hoe ga jij op vakantie, Yara? We gaan met het vliegtuig. We rijden naar het vliegveld. Daar parkeren we de auto.
14
9.1 Hoe ga jij?
Dan vliegen we naar Griekenland. Daar huren we een motor. Een motor of een brommer. En hoe ga jij op vakantie, Kamal? We gaan met een taxi. Met een taxi naar de haven. Dan nemen we de boot.
De boot is een schip. We varen in de nacht. Daarna nemen we de trein. Een trein naar Londen. Daar nemen we de metro.
En hoe ga jij, Anna? Ik ga met de helikopter.
Echt waar? Nee, grapje. Ik blijf lekker thuis.
En jij? Ga je op vakantie? Waar ga je heen? Hoe reis jij?
15
Thema 9 Vervoer
Je kunt vertellen hoe je op vakantie gaat. Wil je meer oefenen? Luister nog een keer naar de tekst.
Oefen samen met vragen en antwoorden.
Je kunt 8 extra woorden over vervoer zeggen en aanwijzen. Wil je meer oefenen? Maak werkblad 9.2 ‘Hoe ga jij op vakantie?’
16
9.2 De woorden fiets, trein en auto
fi ets 1 Wat is een fiets? 2 Ga je weleens met de fiets?
Hoe vaak hoor je fiets in de tekst?
Zet een cirkel om fiets in de tekst.
f – i e – ts 1 Weet je nog andere woorden met ie? 2 Weet je nog andere woorden met ts?
Maak werkblad 9.3.
Wil je meer oefenen met fiets? Ga naar 9.1 in het lees- en schrijfschrift.
17
Thema 9 Vervoer
tre i n 1 Wat is een trein? 2 Ga je weleens met de trein? 3 Wat heb je nodig voor de trein?
Hoe vaak hoor je trein in de tekst?
Zet een cirkel om trein in de tekst.
tr – e i – n 1 Weet je nog andere woorden met tr? 2 Weet je nog andere woorden met ei?
Maak werkblad 9.4.
Wil je meer oefenen met trein? Ga naar 9.3 in het lees- en schrijfschrift.
18
9.2 De woorden fiets, trein en auto
auto 1 Wat is een auto? 2 Ga je weleens met een auto? 3 Wat heb je nodig om auto te kunnen rijden?
Hoe vaak hoor je auto in de tekst?
Zet een cirkel om auto in de tekst.
au – t – o 1 Weet je nog andere woorden met au? 2 Weet je nog andere woorden met o = oo?
Maak werkblad 9.5 en 9.6.
Wil je meer oefenen met auto? Ga naar 9.5 in het lees- en schrijfschrift.
19
Thema 9 Vervoer
Je kunt fiets , trein en auto horen, zeggen, lezen en schrijven.
Je kunt f – ie – ts – tr – ei – n – au – t – o horen, zeggen, lezen en schrijven.
Nieuwe woorden
Maak nieuwe woorden met au, ts, tr en o = oo.
Schrijf de nieuwe woorden in Mijn woordenschrift.
20
9.2 De woorden fiets, trein en auto
Je kunt 8 nieuwe woorden schrijven. Wil je meer oefenen?
Ga naar 9.2, 9.4 en 9.6 in het lees- en schrijfschrift. Maak werkblad 9.7. Maak computeropdracht 9.1.
21
Made with FlippingBook Ebook Creator