Tekstboek Yalla Yalla! Basiscursus Arabisch op weg naar A1 - deel 1 - Josien Boetje, Mariska Keizer Verbeek en Rami al-Sheikh

t

e

k

s

t

b

o

Basiscursus arabisch op weg naar A1 - deel 1 y lla yalla!

e

k

A1-min

Josien Boetje Mariska Keizer Verbeek en Rami Al-Sheikh

u i t g e v e r ij

c

c o u t i n h o

Yalla Yalla! – deel 1 Tekstboek

1

1

Yalla Yalla! – deel 1 Basiscursus Arabisch op weg naar A1

• Tekstboek • Oefenboek • Schrijfschrift • Dialectkaternen: − Marokkaans − Syrisch − Egyptisch • Online materiaal: − audio − video − oefeningen − lesmaterialen

2

2

Yalla Yalla! Basiscursus Arabisch

Deel 1 Tekstboek

Josien Boetje, Mariska Keizer Verbeek & Rami al-Sheikh

bussum 2021

3

3

www.coutinho.nl/yalla-deel1 Je kunt aan de slag met het online studiemateriaal bij dit boek. Dit materiaal bestaat uit video, audio, oefeningen en lesmaterialen.

© 2021 Uitgeverij Coutinho bv Alle rechten voorbehouden.

Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet 1912 dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor de readerregeling kan men zich wenden tot Stichting UvO (Uitgeversorganisatie voor Onderwijslicenties, www.stichting-uvo.nl). Voor het gebruik van auteursrechtelijk beschermd materiaal in knipselkranten dient men contact op te nemen met Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie, www.stichting-pro.nl). Uitgeverij Coutinho Postbus 333

1400 AH Bussum info@coutinho.nl www.coutinho.n Omslag: Merel Brouns, Utrecht Opmaak binnenwerk: Dick Noordhuizen, Luna 3, Utrecht Illustraties binnenwerk: Gerard Baake, De Lijn Design, Hengelo Noot van de uitgever

Wij hebben alle moeite gedaan om rechthebbenden van copyright te achterhalen. Personen of instanties die aanspraak maken op bepaalde rechten, wordt vriendelijk verzocht contact op te nemen met de uitgever. ISBN: 978 90 469 0703 0 NUR: 630

4

4

Voorwoord

In 2016 ontstond als vanzelf het idee voor dit boek: een vernieuwende lesmethode met als uitgangspunt communicatie, met veel aanvullende materialen en spellen. Er bestaan weinig lesmethodes Arabisch in het Nederlands, waardoor wij als docenten Arabisch vaak genoodzaakt zijn om met Engelstalige boeken te werken en deze aan te vullen met eigen materialen. Materialen ontwikkelen kost echter veel tijd en energie, die je als docent niet altijd hebt. Cursisten en collega's waren zo enthousiast over onze materialen, dat we ze graag met een breder publiek wilden delen. Nynke Coutinho was gauw overtuigd van het belang van een nieuwe communicatieve methode Arabisch. En zo begon het avontuur van dit boek. Het team bestond toen nog uit Josien en Mariska, en we wilden het graag aanvullen met een native speaker. Daarom sloot Rami zich bij ons aan. Hij had Arabische gedoceerd in Aleppo en was enthousiast over onze ideeën voor een vernieuwende lesmethode. Tijdens onze studie Arabische taal en cultuur merkten wij dat we heel goed waren geworden in de grammatica en het lezen van Modern Standaard Arabisch (MSA), maar dat het communiceren in Arabische landen een ander verhaal bleek. Zo bestelde Josien in Marokko een ijsje in het MSA, inclusief naamvalsuitgangen. Ze werd aangekeken alsof ze uit een historische film was gestapt! En vervolgens antwoordde de verkoper in het Frans… Hoe voorkom je dat je cursisten zo’n zelfde ervaring krijgen? Alleen het dialect onderwijzen? Dat beperkt het begrip van bijvoorbeeld nieuwsberichten, boeken en officiële mededelingen, die toch ook tot de realiteit van elke dag behoren. Het is onze ervaring dat cursisten graag met Arabische mensen willen leren communiceren, maar ook gemotiveerd zijn om het Arabische schrift te leren lezen en schrijven. Daarnaast merkten we dat cursisten vaak een drempel over moeten om daadwerkelijk Arabisch te gaan spreken.

5

5

Dit motiveerde ons een cursus te ontwikkelen die de kloof tussen geschreven en gesproken Arabisch verkleint en de cursisten stimuleert om te spreken. Arabisch wordt gezien als een moeilijke taal om te leren. Juist daarom is het belangrijk om het leren aantrekkelijk te maken. Ons motto werd dan ook: ‘Arabisch is leuk en uitdagend om te leren!’ We hebben allerlei spelvormen en aantrekkelijke didactische elementen bedacht, zoals groepsspellen, visuele ezelsbruggetjes, weetjes, tongbrekers en vrolijke illustraties om het leren zo leuk mogelijk te maken. Want als je volhoudt, dan leer je vanzelf Arabisch! De lesmethode is geschreven voor groepen volwassenen. Uit eigen ervaring weten we dat veel onderdelen van de methode ook geschikt zijn voor onderwijs aan kinderen, zowel op de basisschool als in het voortgezet onderwijs. De oefeningen zijn eenvoudig aan te passen. De plus-oefeningen maken de methode geschikt voor degenen die meer willen doen of meer uitdaging zoeken. Onze grote dank gaat uit naar Gerard Baake voor de illustraties in dit boek, die zo verrassend goed bij onze ideeën aansluiten. Alle cursisten van Babel en University College Utrecht: bedankt voor jullie geduld tijdens het uitproberen van de methode. Meelezers, onder wie Samia Zourakhti, Sabry Emam en Stijn Van Nieuwenhuyse, bedankt voor jullie waardevolle kritische blik op de methode. Soumia Middelburg, Abir Sarras, Maksim Latif en Mustapha Ghazaf, de insprekers van de audio: hartelijk dankt voor jullie tijd en enthousiaste inzet. Tot slot: Kees Baake, bedankt voor je liefdevolle steun tijdens het hele proces en bedankt voor je hulp met de landkaarten. Peter Verbeek, rots in de branding, en ook alle kinderen: dank je wel voor jullie morele steun en geduld. Wij zijn erg trots op het resultaat en wensen je veel plezier met het leren van de prachtige Arabische taal!

Juni 2021 Josien Boetje, Mariska Keizer Verbeek en Rami al-Sheikh

6

6

Inhoudsopgave

10

Inhoud per hoofdstuk

Leeswijzer 12 Yalla Yalla! – Laten we beginnen! 15

أنا... وأنت؟ 1

1 Ik ben … En jij?

21

الاستماع والقراءة 1 . 1

23

1.1 Luisteren en lezen

القواعد 1 . 2 الأبجدية 1 . 3 الثقافة 1 . 4

28

1.2 Grammatica

29

1.3 Het alfabet

42

1.4 Cultuur

الكلمات والجمل 1 . 5 محفظة اللغة 1 . 6

44

1.5 Woorden en zinnen

47

1.6 Taalportfolio

ما اسمك؟ ٢

2 Hoe heet je?

49

الاستماع والقراءة 2 . 1

51

2.1 Luisteren en lezen

القواعد 2 . 2 الأبجدية 2 . 3 الثقافة 2 . 4

55

2.2 Grammatica

57

2.3 Het alfabet

65

2.4 Cultuur

الكلمات والجمل 2 . 5 محفظة اللغة 2 . 6

66

2.5 Woorden en zinnen

70

2.6 Taalportfolio

من أين أنت؟ ٣

3 Waar kom je vandaan?

71

الاستماع والقراءة 3 . 1

73

3.1 Luisteren en lezen

القواعد 3 . 2 الأبجدية 3 . 3 الثقافة 3 . 4

80

3.2 Grammatica

82

3.3 Het alfabet

88

3.4 Cultuur

الكلمات والجمل 3 . 5 محفظة اللغة 3 . 6

90

3.5 Woorden en zinnen

94

3.6 Taalportfolio

7

7

من هذا؟ من هذه؟ 4

4 Wie is dit?

95

الاستماع والقراءة 4 . 1

97

4.1 Luisteren en lezen

القواعد 4 . 2 الأبجدية 4 . 3 الثقافة 4 . 4

100

4.2 Grammatica

104

4.3 Het alfabet

110

4.4 Cultuur

الكلمات والجمل 4 . 5 محفظة اللغة 4 . 6

112

4.5 Woorden en zinnen

116

4.6 Taalportfolio

العائلة 5

5 De familie

117

الاستماع والقراءة 5 . 1

119

5.1 Luisteren en lezen

القواعد 5 . 2 الأبجدية 5 . 3 الثقافة 5 . 4

123

5.2 Grammatica

128

5.3 Het alfabet

129

5.4 Cultuur

الكلمات والجمل 5 . 5 محفظة اللغة 5 . 6

132

5.5 Woorden en zinnen

134

5.6 Taalportfolio

ما عملك؟ 6

6 Wat doe je voor werk?

135

الاستماع والقراءة 6 . 1

137

6.1 Luisteren en lezen

القواعد 6 . 2 الأبجدية 6 . 3 الثقافة 6 . 4

144

6.2 Grammatica

148

6.3 Het alfabet

152

6.4 Cultuur

الكلمات والجمل 6 . 5 محفظة اللغة 6 . 6

153

6.5 Woorden en zinnen

156

6.6 Taalportfolio

التكرار والتعميق 7

7 Herhaling en verdieping

157

الاستماع والقراءة 7 . 1

159

7.1 Luisteren en lezen

القواعد 7 . 2 الأبجدية 7 . 3 الثقافة 7 . 4

164

7.2 Grammatica

166

7.3 Het alfabet

171

7.4 Cultuur

8

8

177

Overzichten

178

• Overzicht van de grammatica

184

• Overzicht van het Arabisch alfabet

189

• Overzicht van woorden en zinnen

193

Alfabetische woordenlijst

215

Over de auteurs

9

9

Inhoud per hoofdstuk

Thema

Taalhandelingen

Grammatica

21 1 Ik ben … En jij?

Kennismaken met de Arabische taal en het Arabische alfabet

• Je eigen naam in het Arabisch zeggen/ uitspreken • Je eigen naam in het Arabisch schrijven

• Ik, jij ِ أَنت \ َ أَنت أَنا، • ‘Zijn’

أنا... وأنت؟

• Jezelf voorstellen • Kennismaken

• Jezelf voorstellen • Iemands naam vragen • Zeggen waar je vandaan komt en waar je woont • Zeggen welke nationaliteit je hebt • Zeggen welke talen je spreekt • Een kort kennismakings- gesprek voeren • Vragen hoe het met iemand gaat • Vragen wie iemand is • Iemand anders voorstellen

• Mijn naam, jouw naam • àn-uitgang ً ا • Het lidwoord èl- ال

49 2 Hoe heet je?

ما اسمك؟

71 3 Waar kom je vandaan? من أين أنت؟

Kennismaken, ontmoeting

• Nationaliteiten • Mannelijk/ vrouwelijk

95 4 Wie is dit?

Ontmoeting

• Hij/zij: َ هِي \ َ هُو • Zijn/haar: اسمها \ ُ اسمه • Dit, deze: ِ هٰذِه - هٰذا • Vraagzin: هَل - ما - مَن • Werkwoord t.t. enkelvoud • Eén, twee of meer • Hebben: ... عِندَك - عِندي • Bezitsconstructie: الإضافة • Persoonlijk voornaamwoorden in het meervoud • Regelmatig meervoud m/v • Werkwoord in het meervoud

من هذا؟ من هذه؟

Familie

• Familie voorstellen • Vertellen met wie je woont

117 5 De familie

العائلة

135 6 Wat doe je voor werk? ما عملك؟

Familie en werk

• Vertellen wat voor werk iemand doet • Zeggen hoe oud iemand is

157 7 Herhaling en verdieping

التكرار والتَعميق

10

10

Alfabet

Cultuur

Woordenschat

• De handdruk

• Klassentaal • De cijfers 1 tot en met 10

21

• Overzicht van de Arabische letters • Aan elkaar schrijven • De letters م - س - ت - ن - ي - و - ا • Korte klinkers en korte klinkers aan het begin van een woord: ِ ا \ ُ ا \ َ ا - ِ إ \ ُ أ \ َ أ • Lange klinkers • Vocalisatie • De letters ف - ر - ش - ك - ل - ه - د • tèè' màrboeṭà: ة \ ـة • lèèm-'èlif ligatuur: لا • De shèddà ّ • Lange klinkers aan het begin van een woord: إيـ \ أو \ آ

• Arabische namen I • Begroetingen

49

• De telwoorden 11 tot en met 19

• De letters غ - خ - ح - ج - ب - ز - ذ • Diftongen

• Arabische begroetingen met antwoorden

• Werkwoorden: تَسكُنين \ تَسكُن ، أَسكُن • Nationaliteiten • Talen • De telwoorden 20 tot en met 99

71

• De letters ث - ق - ع - ظ - ط - ض - ص • Emfatische letters • De dolk-'èlif - ٰ

• Bekende

• Vraagwoorden • Spullen in de klas

95

Arabischtaligen

• De zonletters

• Arabische namen II • Dialecten: ik heb …

• Familieleden • Huisdieren • Bezit

117

• hèmzà-dragers • 'èlif màqṣoerà ى • De klemtoon

• Traditionele Arabische beroepen

• Beroepen • Studies • Locaties van beroepen

135

• Kalligrafie • Ligaturen

• Arabische landen • Arabische dialecten • Muziek

157

11

11

Leeswijzer Yalla Yalla! – Basiscursus Arabisch Deel 1 bestaat uit dit tekstboek, een oefenboek, een schrijfschrift, drie dialectkaternen, online studiemateriaal en docentenmateriaal. Tekstboek Het tekstboek is bedoeld voor gebruik in de les. Het bevat een inleiding en 7 hoofdstukken, die volgens een vast stramien zijn ingedeeld. In de eerste paragraaf maak je met behulp van tekst, beeld, geluid en (groeps)opdrachten kennis met de Arabische taal. Daarna leer je meer over de grammatica van de nieuwe stof (paragraaf 2), en vervolgens ga je aan de slag met het alfabet (paragraaf 3). In de vierde paragraaf leer je een of meer aspecten van de Arabische cultuur kennen. Tot slot volgt in paragraaf 5 de woordenschat, die verdeeld is in een lijst om te leren en een lijst om te herkennen. De hoofdstukken sluiten af met een portfolio opdracht. Oefenboek Met het oefenboek kun je de stof die je in de les hebt geleerd oefenen, zo je wilt samen, of individueel. Het werkboek volgt in opbouw het tekstboek. De oefeningen helpen je grip te krijgen op de stof uit het tekstboek. Schrijfschrift Met het schrijfschrift kun je het schrijven in het Arabisch oefenen. Het volgt de opbouw van het tekstboek. Dialectkaternen Met het tekstboek en het oefenboek leer je het Modern Standaard Arabisch (MSA). Als je een dialect wilt leren, kun je gebruikmaken van een van de dialectkaternen. Deze gebruik je naast het tekstboek en het oefenboek. Je vindt er algemene informatie over het dialect,

12

12

Leeswijzer

uitleg over afwijkende grammatica en verder de transcripties en de woorden en teksten uit het tekstboek die afwijken van het MSA. Het dialectkatern geeft je ook toegang tot de audio in het dialect. Je kunt kiezen uit Syrisch, Egyptisch en Marokkaans. Online studiemateriaal Op www.coutinho.nl/yalla-deel1 vind je het online studiemateriaal bij dit boek. Dit materiaal bestaat uit:

• video • audio • oefeningen • lesmaterialen

De video’s en de audio-opnamen horen bij de teksten en de opdrachten in het tekstboek. Met de online-oefeningen kun je je individueel verder trainen in het gebruik van de Arabische taal. De lesmaterialen zijn kaartjes, formulieren en andere materialen om te gebruiken bij de opdrachten in het tekstboek.

13

13

Leeswijzer

Docentenmateriaal Mensen die lesgeven met Yalla Yalla! kunnen via de website docentenmateriaal aanvragen. Dit bestaat uit een handleiding en diagnostische toetsen met antwoordmodellen.

Pictogrammen video online leestekst (ook online te beluisteren) audio online lesmateriaal online groepsactiviteit extra uitdagende opdracht

Transcripties Bij woorden met onbekende letters staat in het oranje een transcriptie. Transcripties lees je helemaal van links naar rechts. In het tekstboek kom je ook her en der een kameel tegen. De rechter kameel vertelt je een weetje, en de linker een geintje.

14

14

Yalla Yalla! Laten we beginnen يلا يلا! Arabisch is een veel gesproken taal: het is de officiële taal in meer dan twintig landen. Het kent wereldwijd meer dan 360 miljoen moedertaalsprekers en de Verenigde Naties beschouwt het als een van de zes wereldtalen. Wie Arabisch wil leren spreken en schrijven, komt voor verrassingen te staan: het leren van de Arabische taal is vergeleken met het leren van een willekeurige Europese taal namelijk een stuk ingewikkelder. Daarom volgt in dit hoofdstuk wat meer uitleg over het gesproken Arabisch, de verschillen en overeenkomsten tussen Nederlands en Arabisch en de basiskenmerken van het Arabische schrift. A Geschreven en gesproken Arabisch: MSA en dialect Het geschreven Arabisch is in alle Arabische landen hetzelfde. Wij noemen deze standaardtaal het Modern Standaard Arabisch (MSA) en de Arabieren zelf noemen het العَرَبِيّة الفُصحى èl-Ɛàràbiyyàtə_l foeṣḥàà, het zuivere Arabisch. Loop je echter in de verschillende Arabische landen op straat, dan hoor je dat overal een ander dialect gesproken wordt. Zelfs binnen de landen kan het dialect van plaats tot plaats verschillen. Deze dialecten wijken af van het MSA en worden – behalve op sociale media en in sommige literatuur – niet geschreven. Het helpt wel om MSA te kennen, omdat je hierdoor de woorden in de dialecten sneller kunt herkennen. Verder kan in formele situaties MSA gesproken worden; het journaal op tv wordt bijvoorbeeld in MSA voorgelezen.

Dus als je Arabisch wilt gaan leren, wat ga je dan leren? MSA, een dialect of meerdere dialecten? Je kunt je nu misschien wel voorstellen dat het idee van conversatie-Arabisch een stuk gecompliceerder ligt dan bijvoorbeeld conversatie-Frans.

15

15

Yalla Yalla! Laten we beginnen

Dialecten Anders

Egyptisch Golf Iraqi Levantijns Maghrabi

De verschillende dialectgroepen van het Arabisch Dit boek is een methode om hedendaags Arabisch te leren, zodat je in contact kunt komen met Arabisch-sprekenden en je je in Arabische landen op straat kunt redden. Omdat het Arabisch in alle Arabische landen de officiële landstaal is en daarom een grote rol speelt, is het Modern Standaard Arabisch (MSA) het uitgangspunt voor dit boek. En omdat het niet mogelijk is om alle dialecten te behandelen, hebben we gekozen om hier en daar drie veel gesproken dialecten te behandelen, te weten Marokkaans, Egyptisch en Syrisch. Op deze manier worden verschillen duidelijk en kun je je een beetje verstaanbaar maken in deze drie dialecten. In de audiofragmenten zal steeds een tussenvorm worden gebruikt, namelijk het foeṣḥàà الفُصحى , zonder naamvallen. B Arabisch en Nederlands Als je het Arabische schrift bekijkt en als je naar iemand luistert die Arabisch spreekt, dan zie en hoor je een heel andere taal dan het Nederlands. Je krijgt het idee dat er niets is dat op elkaar lijkt. Gaandeweg dit boek zul je merken welke verschillen er zijn, maar ook dat er overeenkomsten zijn.

16

16

Yalla Yalla! Laten we beginnen

Het Arabisch en het Nederlands behoren niet tot dezelfde taalfamilie en hebben daarom geen taalverwantschap. Dat verklaart waarom er zoveel verschillen zijn. Deze verschillen komen onder andere naar voren in vocabulaire en opbouw van woorden en zinnen. Zo zijn Arabische woorden opgebouwd aan de hand van een stam met (meestal drie) wortelletters. Woorden met dezelfde wortelletters hebben wat betekenis betreft met elkaar te maken. Zo hebben alle woorden met de wortelletters k-t-b te maken met ‘schrijven’. Als je de wortelletters leert herkennen, kan dit je erg helpen om de betekenis van onbekende woorden te voorspellen.

مَكتوب mèktoeb geschreven

كَتَب kètèbè hij schreef

مَكتَب mèktèb bureau/kantoorَ

كاتِب kèètib schrijver

كِتاب kitèèb boek

ك - ت - ب b - t - k ß

17

17

Yalla Yalla! Laten we beginnen

C Het Arabische en het Nederlandse schrift Hoewel het Arabische schrift er geheel anders uitziet dan ons schrift, hebben ze dezelfde oorsprong. Beide schriften hebben zich ontwikkeld vanuit het Fenicische schrift. Dit heeft geleid tot een aantal overeenkomsten: • Het woord ‘alfabet’ is afgeleid van de eerste twee letters van het Griekse alfabet, alfa en bèta , die afgeleid zijn van de eerste twee letters van het Fenicische alfabet ' āleph en bēth . In het Arabisch zijn de eerste twee letters 'èlif en bèè'. • De volgorde K-L-M-N komt ook in het Arabische alfabet terug: kèèf - lèèm - miem - noen • De K lijkt op de Arabische kèèf: ـكـ • De L lijkt op de Arabische lèèm: ل , maar dan in spiegelbeeld. D Transcriptie Als je een taal met een ander schrift gaat leren, zoals het Arabisch, wordt er in het begin een tussenstap gebruikt, namelijk transcriptie: het onbekende schrift wordt omgezet in letters die je wel kunt lezen. Naarmate je meer Arabische letters kent, wordt de transcriptie weggelaten. Zowel het Nederlandse als het Arabische schrift zijn alfabetten. Dat betekent dat elke letter een klank aanduidt. Een verschil tussen beide schriften is dat het Arabisch van rechts naar links geschreven en gelezen wordt. Vanaf dit punt in het boek wordt dan ook alle Arabische tekst van rechts naar links geschreven en gelezen, en alle

Nederlands en transcriptie van links naar rechts. Nederlands en transcriptie van links naar rechts

العَرَبِيّة مِن اليَمين إلى اليَسار

.neverhcseg sknil raan sthcer nav tdrow hcsibarA

18

18

Yalla Yalla! Laten we beginnen

أهلا Hoi Zie je wel dat Arabisch op Nederlands lijkt (als je ze beide van links naar rechts leest)?

E Arabische en Nederlandse klanken Een ander verschil tussen beide talen is dat het Arabisch een medeklinkertaal is, terwijl in het Nederlands de klinkers een grote rol spelen. Het Arabische alfabet heeft 28 letters en dit zijn allemaal medeklinkers. Het Nederlandse alfabet heeft 20 medeklinkers. Dit betekent dat het Arabisch medeklinkers heeft die wij niet kennen en die wij moeten leren uitspreken. Andersom kent het Arabisch onze p en v niet. Het is duidelijk dat beide alfabetten niet één op één kunnen worden omgezet. Het is belangrijk dat de 28 letters op de juiste manier worden uitgesproken. Als je ze anders uitspreekt, kan dit tot andere betekenissen leiden en ontstaat er verwarring. Zo moeten een b en een d aan het eind van een woord ook klinken als een b en een d, en niet zoals in het Nederlands soms gebeurt: als een p en een t (ik ‘hep’, jij ‘hat’). De Arabische medeklinkers klinken dus altijd hetzelfde.

19

19

Yalla Yalla! Laten we beginnen

Veel mensen denken dat het Arabisch voornamelijk uit keelklanken bestaat. Als we kijken naar de plaats van uitspraak in de mond, dan worden 20 klanken voor in de mond uitgesproken en zijn er maar acht klanken die achter uit de keel komen, namelijk de 'èlif met hèmzà (stembandklik) أ - ḥàà' ح - gàà' خ - Ԑàyn ع - ġèyn غ - qààf ق - kèèf ك en hèè' ه . Van deze acht kent het Nederlands er vier, namelijk de harde g, de k, de h en de stembandklik (be’ambte), hoewel deze laatste in het Nederlands officiëel geen letter is.

Plaats van uitspraak van de Arabische letters in de mondholte

20

20

kopregel

1

21

21

Les 1 – Ik ben … En jij?

- أَنا... وأَنت؟ 1 الدّرس

Wat leer je in deze les?

Thema ● Kennismaken met de Arabische taal en het Arabische alfabet

Taalhandelingen ● Je eigen naam in het Arabisch zeggen/uitspreken ● Je eigen naam in het Arabisch schrijven

Grammatica ● Ik, jij ِ أَنا، أَنتَ \ أَنت

● ‘Zijn’ Alfabet ● Overzicht van de Arabische letters ● Aan elkaar schrijven ● Letters: ا - و - ي - ن - ت - س - م ● K orte klinkers en korte klinkers aan het begin van een woord:

ِ أَ \ أُ \ إِ - اَ \ اُ \ ا ● Lange klinkers ● Vocalisatie Cultuur ● De handdruk

Woordenschat ● Klassentaal ● De cijfers 1 en met 10

22

22

1.1 Luisteren en lezen الِستِماع والقِراءة èl-istimèèƐ wà-l-qiràà'à A Ik ben ... 1 Ik ben ... En jij? a In de video stellen de hoofdpersonen van dit boek zich voor. Wat verwacht je dat ze gaan zeggen? Welke informatie verwacht je dat de personen zullen geven? b Kijk en luister shèèhid wà-stèmiƐ شاهِد واستَمِع naar de video en beantwoord onderstaande vragen: ● Hoe heten de personen? ● Wat kom je nog meer te weten? c Bekijk de plaatjes. Wie is wie?

مارلوس

تيم

نور

رامي

d Bespreek met een medecursist: ● Welke manieren heb je in de video’s gehoord om in het Arabisch ‘Ik heet…’ te zeggen? ● Hoe kun je eenvoudig vragen naar de naam van een ander? ● Wat is hierbij het verschil tussen mannen en vrouwen?

23

23

Les 1 – Ik ben … En jij?

B Ontmoeting

اِسمي نور، وأَنتَ؟ 'ismie noer, wà-'èntè?

أَنا تيم، وأَنتِ؟ 'ènèè tiem, wà-'ènti?

اِسمي مارلوس مِن هولَندا وأَنتَ؟ ismie mèèrloes min hoelèndèè, wà-'èntè?

أَنا رامي مِن سورِيا، وأَنتِ؟ 'ènèè rààmie min soeriyèè, wà-'ènti?

Woorden — كَلِمات

en jij (m)? وأَنتَ؟

ik heet )أَنا) اِسمي

ik kom uit أنا مِن

en jij (v)?

؟ِ وأَنت

24

24

1.1 Luisteren en lezen

2 Wie ben jij? a Luister istèmiƐ اِستَمِع naar de tekst in de ballonnen en lees iqrà' اِقرَأ hem daarna hardop met behulp van de transcriptie. b Stel jezelf in het Arabisch voor aan een medecursist. c Probeer de transcriptie met het Arabisch te matchen. Hoe zien de letters èè, ie, oe, n, t, m en s eruit in het Arabisch? Schrijf deze letters op. d Probeer een of meerdere zinnen over te schrijven. 3 Op alfabetische volgorde a De hele groep stelt zich in het Arabisch aan elkaar voor en gaat met die informatie op alfabetische volgorde van de (Nederlandse) voornaam staan. Gebruik hierbij de zinnen van tekst B ‘Ontmoeting’. b Klaar? Dan stelt de eerste persoon zich voor en vraagt de naam van de persoon naast hem of haar: ismie … wà-'èntè/'ènti? اِسمي ... وأَنت؟ . Vervolgens stelt de tweede persoon zich voor en vraagt de naam van de derde persoon, enzovoort, tot de hele rij is geweest. Controleer op deze manier of iedereen goed staat.

25

25

Les 1 – Ik ben … En jij?

C Wat betekent …?

يا أُستاذ yèè 'oestèèdh عِندي سُؤال Ɛindie soe'èèl بِالعَرَبِيّة؟ ‘boek’ كَيفَ نَقول kèyfè nàqoel ‘boek’ bi-l-Ԑàràbiyyà?

كِتاب kitèèb

مَرّة أُخرى مِن فَضلك؟ màrrà 'oegràà min fàḍlàk !لا أَفهَم lèè 'èfhèm

كِتاب kitèèb

؟ ’ كِتاب ‘ كَيفَ نَكتُب كَلِمة kèyfè nèktoeb kèlimàt ‘kitèèb’? ك ي ت ا ب؟

لا، خَطَأ lèè, gàṭà'

ك ت ا ب؟

صَحّ، مُمتاز sàḥ, moemtèèz

26

26

1.1 Luisteren en lezen

يا تيم yèè tiem ؟ ’ صَفحة ‘ ما مَعنى mèè màƐnèè ‘sàfhà’?

لا أَعرِف lèè 'àƐrif

يا أُستاذ yèè 'oestèèdh لا أَفهَم lèè 'èfhèm ؟ ’ صَفحة ‘ ما مَعنى كَلِمة mèè màƐnèè kèlimàt ‘sàfhà’?

‘pagina’ يَعني yàƐnie ‘pagina’

شُكرًا shoekràn

4 De betekenis van een woord vragen a Luister istèmiƐ اِستَمِع naar de tekst in de ballonnen en lees iqrà' اِقرَأ hem daarna hardop met behulp van de transcriptie. b Vraag nu zelf de betekenis van een Arabisch of Nederlands woord aan je docent.

27

27

Les 1 – Ik ben … En jij?

القَواعِد èl-qàwààƐid أَنا، أَنتَ \ أَنت 'ènèè, 'èntè/'ènti

1.2 Grammatica

A Ik, jij ِ

َأَنت

أَنت

ِأَنا

'ènèè - ik

'ènti - jij (v)

'èntè - jij (m)

Voor jij bestaat in het Arabisch een vrouwelijke en een mannelijke vorm. In het Arabisch bestaat geen u , alleen jij . B ‘Zijn’ Het werkwoord ‘zijn’ bestaat niet in het Arabisch!

رامي rààmie Rami

أَنا 'ènèè ik

أَنا رامي.

ik

Rami

Ik ben Rami.

ben

28

28

1.3 Het alfabet

In het Arabisch zeg je niet Ik kom uit … , maar Ik ben uit …

مِن سورِيا min soeriyèè uit Syrië

أَنا 'ènèè ik

أَنا مِن سورِيا.

 ➋

ik

uit Syrië

Ik kom uit Syrië.

ben

الأَبجَدِيّة èl-'èbdjèdiyyà

1.3 Het alfabet

Het leren van het Arabische schrift is noodzakelijk voor het kunnen lezen van bijvoorbeeld straatnaamborden en kranten. Als je Arabisch kunt lezen en schrijven, zul je veel respect krijgen van Arabischtalige mensen. Het Arabisch wordt altijd aan elkaar geschreven. Er zijn wel losse letters, maar geen blokletters. Er zijn ook geen hoofdletters en daarom worden in de transcriptie nooit hoofdletters gebruikt, zelfs niet bij namen. A De letters van het alfabet, losse vorm Om het Arabisch te leren lezen en uitspreken volgt hier een overzicht van het hele Arabische alfabet met de namen van de letters, de transcriptie en de uitspraak ervan. Je hoeft dit schema niet meteen helemaal te kennen! In de lessen 1 tot en met 4 worden alle letters behandeld. De letters in het blauw staan voor klanken die niet in het Nederlands voorkomen, maar die we kennen uit andere Europese talen. De oranje letters representeren klanken die voor Nederlanders onbekend zijn.

29

29

Les 1 – Ik ben … En jij?

De bruine letters zijn klanken die bekend zijn in het Nederlands, maar waarvan de uitspraak per regio kan variëren. De klanken van de niet gekleurde letters zijn voor alle Nederlandstaligen bekend.

Transcriptie van het Arabische alfabet

transcriptie klank

los naam

klinkt als

أ

'èlif bèè' tèè'

'

be'ambte, a nt e nne

1

ب ت

b

b oot t hee

2

t

3

ث thèè'

th

UK-Engels: th ree, th ink (stemloos)

4

UK-Engels: J ohn ook: Frans: j us d’orange stemloze h, keel beetje dichtgeknepen

ج djiem dj

5

ح خ

ḥàà'

6

gàà' dèèl

g d

Noord-Nederlandse harde g: g eld

7

د ذ ر ز

d o d o

8

dhèèl

dh

UK-Engels: th is (stemhebbend)

9

ràà' zèèy sien

r z s

rollende r: r adijs

10

z ee

11

12 س

scherpe s: s lang sh ampoo, dou ch e

13 ش shien 14 ص ṣààd

sh

lijkt op UK-Engels: s ir, s ubtle lijkt op UK-Engels: d uh lijkt op UK-Engels: bo tt le lijkt op UK-Engels: th y keelklank, dichtgeknepen keel klinkt als een schaap

15 ض

ààd

ط ظ

ṭàà' ẓàà'

16

17

ع

Ԑàyn

Ɛ

18

30

30

Made with FlippingBook - professional solution for displaying marketing and sales documents online