Fernando Venãncio - Portugees direct voor beginners

Fernando Venâncio

voor beginners Portugees direct

Oefenboek

audio online

Por tugees Di rect

Portugees Direct voor beginners

Oefenboek

Fernando Venâncio

Tweede druk

c u i t g e v e r ij

c o u t i n h o

bussum 2019

www.coutinho.nl/portugeesdirectoefenboek2 Je kunt aan de slag met het online studiemateriaal bij dit boek. Dit materiaal bestaat uit audio, vocabulaire (lijsten en een oefenprogramma) en een bijlage over het spellingsakkoord uit 2009.

© 2004/2019 Uitgeverij Coutinho bv Alle rechten voorbehouden.

Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbe- stand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mecha- nisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schrif- telijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet 1912 dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp, www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van (een) gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemle- zingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie, Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.stichting-pro.nl).

Eerste druk 2004 Tweede druk 2019

Uitgeverij Coutinho Postbus 333 1400 AH Bussum info@coutinho.nl www.coutinho.nl

Omslag en tekeningen: Linda van Putten, Maartensdijk

Noot van de uitgever Wij hebben alle moeite gedaan om rechthebbenden van copyright te achterhalen. Personen of instanties die aanspraak maken op bepaalde rechten, wordt vriendelijk verzocht contact op te nemen met de uitgever.

ISBN 978 90 469 0686 6 NUR 630

Inhoud

1 Como vai?

13

1 Luisteroefening 1 2 Invuloefening 3 Luisteroefening 2 4 De juiste woorden 5 Uitspraak van eind- m

13 13 13 14 14 15 15 15 16 16 16 17 17 19 19 19 20 21 21 21 23 23 24 25 26 19

6 Lidwoord

7 Luisteroefening 3 8 Luisteroefening 4

9 Bezittelijk voornaamwoord

10 Telwoorden

11 Vraag en antwoord

12 Uw gegevens 13 Slotoefening

2 Onde trabalha?

1 Luisteroefening 1 2 Invuloefening 3 Luisteroefening 2 4 De juiste woorden 5 Uitspraak van eind- m

6 Telwoorden

7 Luisteroefening 3

8 Bezittelijk voornaamwoord

9 Luisteroefening 4 10 Vraag en antwoord

11 Belangrijke telefoonnummers

12 Slotoefening

3 Um hotel tranquilo

29

1 Luisteroefening 1 2 Invuloefening 3 Luisteroefening 2 4 De juiste woorden

29 29 30 31 31 32 32 33 34 35 35 39 39 40 41 42 42 43 44 45 46 46 47 47 48 39

5 Plaats van de klemtoon 6 Uitspraak van r en s

7 Luisteroefening 3

8 Telwoorden

9 Luisteroefening 4

10 Ser of estar 11 Slotoefening

4 Vamos de comboio

1 Luisteroefening 1 2 Invuloefening 3 Luisteroefening 2 4 De juiste woorden 5 Uitspraak van c en g 6 Wat is het vandaag? 7 Luisteroefening 3

Ser of estar

8

9 Luisteroefening 4

10 Het is zo

11 Dagen van de week 12 Dat heb ik liever

13 Leesoefening 14 Slotoefening

5 Herhaalles

53

1 Bezittelijk voornaamwoord

53 53 53 54 54 55 55

2 Nummerborden 3 Vraag en antwoord

Ser of estar ?

4

5 Vragen zonder é que

6 Veel, weinig

7 Telefoonnummers

8 Nee, nee en nee 9 Uitdrukkingen

55 55 56 56 56 57 57

10 Dat vind ik 11 Bijzinnen

12 Waar of niet waar? 13 Verbeter de fouten

14 Hoe zeg je dit in het Portugees?

6 Como foi o fim-de-semana?

63

1 Luisteroefening 1 2 Invuloefening 3 Luisteroefening 2 4 De juiste woorden 5 Luisteroefening 3

63 63 64 65 66 67 67 69 69 69 70 70 70 72 72 73 76 79 79 80 81 81 82 83 83 84 86 86 79

6 Telwoorden 1

7 Luisteroefening 4

Perfeito van ser , ter , ir en estar 1

8

9 Telwoorden 2

10 Perfeito van ser , ter , ir en estar 2

11 Journaal op tv

12 Woordvolgorde in een vraag met é que

13 Een beetje orde 14 Verjaardagsdatum

15 Leesoefening 16 Slotoefening

A reunião

7 Uma casa em Lisboa

1 Luisteroefening 1 2 Invuloefening 3 Luisteroefening 2 4 De juiste woorden

5 Telwoorden 1

6 Luisteroefening 3

7 Telwoorden 2

Perfeito van werkwoorden op - ar 1

8

9 Luisteroefening 4

10 Perfeito van werkwoorden op - ar 2

11 Telwoorden 3

12 Wat mooi! Wat een mooie dag!

87 87 89 94

13 Leesoefening 14 Slotoefening

Um dia depois do Natal

8 Uma viagem ao Brasil

95

1 Luisteroefening 1 2 Invuloefening 3 Luisteroefening 2 4 De juiste woorden

95 95 96 97 98

5 Telwoorden

6 Luisteroefening 3 7 Adressen in Portugal

100 101 102 102 104 104 105 105 106 106 106 107 107 108 108 113

Perfeito van regelmatige werkwoorden op - er

8

9 Luisteroefening 4

10 Hoe laat?

Perfeito van dizer en fazer

11

12 Datum

13 Persoonlijk voornaamwoord: lijdend voorwerp

14 Vraag met herhaald werkwoord

15 Persoonlijk voornaamwoord: meewerkend voorwerp

16 Nog – al – ook – alleen

17 Persoonlijk voornaamwoord met voorzetsel para

18 Rangtelwoorden 19 Leesoefening

20 Slotoefening

História contada a uma criança

9 Um passeio à Serra da Estrela

115

1 Luisteroefening 1 2 Invuloefening 3 Luisteroefening 2 4 De juiste woorden 5 Luisteroefening 3 6 Hoe ver is het?

115 115 115 117 118 120 120 121

Perfeito van regelmatige werkwoorden op - ir

7

8 Dagen van de week

9 Luisteroefening 4 10 Hoe laat is het?

121 123 124 124 125 125 125 126 127 127 128 128 129 133 137 137 138 138 139 140 140 141 141 141 142 143 137

11 Met mij mee, met jou mee 12 Perfeito van dar en querer

13 Hoe is het weer?

14 Vertrek- en aankomsttijden

15 Ler en ver

16 Het is ser . Of toch estar ? 17 Adressen in Portugal 18 Het is ser . En ook estar .

19 Links of rechts? Naar links of naar rechts?

20 Leesoefening 21 Slotoefening

O guarda-chuva

10 Herhaalles

1 Nee, nee en nee

2 Is dat zo?

3 Uitdrukkingen 1 4 Vraag en antwoord 5 Welk voorzetsel? 6 Wat ik niet weet 7 Uitdrukkingen 2 8 Kun je dit wel? 9 Waar of niet waar? 10 Vragen zonder é que 11 Verbeter de fouten

12 Hoe zeg je dit in het Portugees?

11 Bom apetite

149

1 Luisteroefening 1 2 Invuloefening 3 Luisteroefening 2 4 De juiste woorden 5 Luisteroefening 3

149 149 149 151 152 154 155 155

6 Ik heb het warm, ik heb het koud

7 Leesoefening 1

8 Etenswaren

9 Leesoefening 2

156 156 157 157 158 158 159 159 160 160 161 165 167 167 167 169 169 171 171 173 173 173 174 174 174 175 175 176 176 176 177 182 167

10 Wat leuk! Wat een mooie muziek! 11 Persoonlijk voornaamwoord

12 Wat is...? Wat was...?

13 Imperfeito van werkwoorden op - ar

14 Met of zonder?

15 Plaats van de klemtoon 16 Perfeito van poder en ver 17 De weerkaart van Portugal

18 Leesoefening 3 19 Slotoefening

‘Apagão’ de Natal atinge telemóveis

12 Uma amiga com ideias

1 Luisteroefening 1 2 Invuloefening 3 Luisteroefening 2 4 De juiste woorden 5 Luisteroefening 3

Imperfeito van werkwoorden op - er en - ir

6

7 Luisteroefening 4

8 Afwijkende ik-vorm van werkwoorden op - ir

9 Hoe lang ben je?

10 Imperfeito als wens of suggestie

11 Hoe zwaar ben je?

12 Rondje bellen

13 Pôr , propor en supor 14 Aan wie? Voor wie?

15 Vertrek- en aankomsttijden

16 Zo lijkt het mij 17 Wat een mensen!

18 Leesoefening 19 Slotoefening

Sou uma mulher tranquila

13 Que coisa!

185

1 Luisteroefening 1 2 Invuloefening 3 Luisteroefening 2 4 De juiste woorden 5 Luisteroefening 3

185 185 185 187 187 189 189 190 191 191 192 192 193 193 197 199 199 199 201 202 203 203 204 204 205 205 206 206 207 208 208 213 199

Imperfeito van ser , ter en vir

6

7 Luisteroefening 4 8 Leesoefening 1

9 Zo anders!

10 De weerkaart van Portugal

11 Verkleinwoord 12 Rangtelwoorden 13 Leesoefening 2

14 Slotoefening

Eu amo comer

14 Um casamento em Braga

1 Luisteroefening 1 2 Invuloefening 3 Luisteroefening 2 4 De juiste woorden 5 Luisteroefening 3 6 Voltooid verleden tijd

7 Een beetje orde

8 Nadruk

9 Hotelprijzen in Portugal 10 Dagen van de week 11 Wat is het mannelijk?

12 Het is zo

13 Samentrekking infinitief + voornaamwoord

14 Enquête

15 Leesoefening 16 Slotoefening

Trabalhar sem sair de casa

15 Herhaalles

215

1 Nee, nee en nee

215 215 216 216 217 218 218 219 219 219 220 220 221

2 Is dat zo?

3 Uitdrukkingen 1 4 Vraag en antwoord 5 Welk voorzetsel? 6 Uitdrukkingen 2 8 Bijwoorden op - mente 9 Zo was ik ineens 10 Vragen zonder é que 11 Waar of niet waar? 12 Verbeter de fouten 7 Isto é bom ou mau?

13 Hoe zeg je dit in het Portugees?

Oplossingen

225

Luister naar de audio op www.coutinho.nl/portugeesdirectoefenboek2

1

Como vai?

1 Luisteroefening 1 Luister naar het Portugees en probeer al luisterend te vertalen. U kunt eventueel beide kolommen bedekken of alleen de Nederlandse vertaling. Oefen als u wilt de uitspraak door de zinnen na te zeggen.

Bom dia. Como vai?

Goedemorgen Hoe gaat het?

Um café, por favor.

Eén koffie, alstublieft.

Boa tarde.

Goedemiddag. Een ogenblik. Dank u wel. Het is prima. Goedenavond.

Um momento. Muito obrigado.

Está bem. Boa noite.

2 Invuloefening

Vul één woord in en vertaal de zin.

1 A minha casa é

.

hier een

2 O Luís é

pessoa simpática.

3

! A minha morada é...

natuurlijk!

4 Agora

quero café.

niet nog

5

tenho os livros.

6 Tenho o telefone,

não a morada.

maar

3 Luisteroefening 2 Luister naar het Portugees en probeer het al luisterend te vertalen.

Tenho café.

Ik heb koffie.

Sabe a morada? Sei o nome. Tem telefone? Ainda tem café? Quero um livro. O café é bom? Quer os livros?

Weet u het adres? Ik weet de naam. Hebt u telefoon? Hebt u nog koffie? Ik wil een boek. Is de koffie lekker? Wilt u de boeken?

13

O livro é óptimo.

Het is een prima boek.

A senhora sabe o nome? A Joana é simpática?

Weet u de naam, mevrouw?

Is Joana aardig?

O senhor tem casa?

Hebt u een huis, meneer?

4 De juiste woorden

Vertaal de drie reacties en kies de juiste.

1 Joana komt ’s morgens een winkel binnen. Zij zegt: a Boa tarde. b A minha casa é aqui. c Bom dia.

2 U bent erg dankbaar. U zegt: a Obrigado. b Está bem. c Muito obrigado.

3 Luís weet iets niet. Hij zegt a Não sei.

b Não quero. c Não tenho.

4 U komt over een paar uurtjes weer terug. U zegt: a Um momento. b Até logo. c Até amanhã.

5 Uitspraak van eind-m

Oefen met de volgende woorden.

fim vim

jardim assim

eind

tuin

ik kwam

zo

bom com

som tom

goed

geluid

met

toon

dum num

atum

van een

tonijn

comum

in een

gemeenschappelijk

14

1 – Como vai?

Let op: eind-m niet uitspreken en niet verbinden.

assim assim

vim hoje bom ano num hotel

zo zo

ik kwam vandaag

com ele

met hem een vriend

goed jaar

um amigo

in een hotel

6 Lidwoord Vertaal.

het boek de namen de koffie

het huis

de adressen de mensen de telefoon

de tante

7 Luisteroefening 3 Luister naar het Portugees en probeer het al luisterend te vertalen.

A minha casa não é aqui. O senhor tem os livros?

Mijn huis is niet hier.

Hebt u de boeken, meneer?

O Luís é simpático. Tem o meu número?

Luís is aardig.

Hebt u mijn nummer?

O seu tio é simpático. A Joana sabe a morada? Agora não tenho telefone.

Uw oom is aardig.

Weet Joana het adres? Ik heb nu geen telefoon.

A sua casa é aqui?

Is uw huis hier?

Não tenho a sua morada. O café aqui é óptimo. Ainda não tenho os livros. A senhora não quer café?

Ik heb uw adres niet.

De koffie is hier uitstekend. Ik heb de boeken nog niet. Wilt u geen koffie, mevrouw?

8 Luisteroefening 4 Luister naar het Portugees en probeer het al luisterend te vertalen.

um nome dois cafés

één naam

twee kopjes koffie

três tias

drie tantes

quatro telefones cinco pessoas

vier telefoons vijf personen

15

seis tios

zes ooms

sete gatos oito casas nove livros dez moradas

zeven katten acht huizen negen boeken tien adressen

Maak zelf andere combinaties.

9 Bezittelijk voornaamwoord Vertaal.

mijn boek mijn huis

mijn katten mijn tantes

uw adres

uw naam uw tantes

uw boeken

10 Telwoorden Schrijf de volgende Portugese, Nederlandse en Belgische telefoonnummers uit of lees ze hardop voor.

21 396 11 63

253 60 11 00

00 351 21 841 35 00

020 683 14 65

070 363 02 17

00 31 703 14 14 14

03 237 58 42

09 264 41 76

00 322 539 07 73

11 Vraag en antwoord

Quer café?

Quero.

Quero, sim.

Hebt u telefoon? Is Joana aardig? Wilt u de boeken? Weet Luís de naam? Hebt u [een] huis? Heeft Joana het adres? Is de koffie lekker? Weet u mijn adres?

16

1 – Como vai?

Weet Luís het adres? Hebt u de namen? Heeft Joana het boek? Weet u mijn telefoon- nummer?

Stel de vragen met ‘u’ uit de vorige oefening opnieuw, nu met gebruikma- king van o senhor of a senhora , bijvoorbeeld A senhora quer café?

12 Uw gegevens Vul in.

O meu nome é

A minha morada é

O meu número de telefone é

13 Slotoefening

Zeg of schrijf in het Portugees.

1 Ik heb koffie.

Ik heb een huis. Ik heb katten. Ik heb de boeken nog.

2 Hebt u telefoon?

Hebt u nog koffie? Hebt u ooms (meneer)? Hebt u de boeken (mevrouw)?

3 één adres

twee telefoons drie ooms vier huizen

vijf tantes zes namen zeven kopjes koffie (= koffies) acht katten

negen boeken tien personen

Maak zelf andere combinaties.

17

4 Weet u het adres?

Wilt u een boek (mevrouw)? Weet u de namen nog? Wilt u koffie (meneer)?

5 Nu heb ik [het] niet. Hier heb ik [het] niet. Ik heb [het] nog niet. Ik weet [het] niet.

6 De koffie is lekker (= goed). De boeken zijn uitstekend. De tante is aardig. De mensen zijn aardig.

7 Mijn oom heeft een boek. Mijn telefoon is uitstekend. Mijn tante wil een huis. Mijn oom en tante (= ‘ooms’) weten het adres.

8 Uw tante wil de boeken. Uw oom is aardig. Uw oom en tante hebben een huis. Uw boeken zijn uitstekend.

18

1 – Como vai?

Made with FlippingBook - Online catalogs