Iris Kamp, Janneke de Jong-Slagman en Peter van Duijvenboden - Jeugdliteratuur en didactiek

1.5 Het literair gehalte van jeugdliteratuur

Korteweg sprak over lectuur, preciezer gezegd: jeugdlectuur. Van Lieshout betoogt dat de schrijver bepalend is voor de kwaliteit van een boek, en niet de lezer. Als een jeugdige (en dus onervaren) lezer niet alle literaire midde len (zoals wisselende vertelperspectieven, allerlei verhaallijnen en symbo liek) ziet en waardeert, zegt dat nog niets over het literair gehalte van zijn boek. Dat kinderen het diepere en weidse in mijn werk er niet uithalen, vind ik helemaal niet erg; dat volwassenen ervan uitgaan dat kin derboeken sowieso oppervlakkig zijn en er dus niet naar op zoek gaan, verdriet me wel. Gelukkig kan ik niet leven zonder diepgang en weidsheid in mijn werk, dus ik doe het in ieder geval voor me zelf. (Van Os, 2003, p. 127)

DEEL 1

Jeugdliteratuur

Net als in literatuur voor volwassenen is er binnen de jeugdliteratuur een groot verschil in niveau: sommige boeken hebben literai re pretenties en verrassen de lezer door een originele inhoud en/of vorm, terwijl andere bekende paden volgen en een traditionele opbouw hebben. Het verschil tussen literai re en triviale boeken (literatuur en lectuur) is vaak niet duidelijk. Samengevat kun je stellen dat er veel ge schreven en gezegd is over wat jeugdlitera tuur is en hoe je die kunt waarderen. Daar bij is traditioneel de verwachting dat een jeugdboek eenvoudiger van taal en struc tuur is dan een boek voor volwassenen en dat de inhoud aansluit bij de leef- en bele vingswereld van de beoogde jonge lezer. Veel hedendaagse jeugdboeken doorkruisen

die traditionele verwachtingen echter; ze zijn complex qua vorm en inhoud. Dat zorgt ervoor dat het steeds lastiger wordt om jeugdliteratuur als ‘doel groepliteratuur’ nauwkeurig te definiëren en af te bakenen.

27

Made with FlippingBook - Online catalogs