Sterk met een vitaal netwerk - Scheffers

1 • De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)

worden bovendien onvoldoende snel opgenomen in de arbeidsmarkt. In feite gelden deze constateringen anno 2020 nog steeds. Er is niet voor niets een vrou wenquotum van dertig procent in raden van commissarissen en besturen van grote bedrijven ingevoerd. En jongeren met een migratieachtergrond vinden nog altijd moeilijker een baan dan Nederlanders zonder migratieachtergrond. ą Verbinden staat voor het overbruggen van sociale en maatschappelijke af stand en het bevorderen van onderlinge verbondenheid (sociale cohesie) tussen mensen en groepen. Hier kan het bevorderen van participatie een be langrijke rol vervullen. Volgens de wrr moet het streven zijn voor iedereen mogelijkheden te scheppen om bindingen aan te gaan, of zich eruit los te maken en ze in te wisselen voor andere. Bij verbinding gaat het vooral over verbinding tussen hoog- en laagopgeleiden en tussen generaties en over het overbruggen van verschillen langs etnische lijnen ( wrr , 2006). ą bij te dragen aan het realiseren van een inclusieve samenleving, waarin ie dereen ongeacht leeftijd, sekse, religie, culturele achtergrond, met of zon der beperking en met of zonder problemen in staat wordt gesteld gewoon mee te doen in deze maatschappij. Er is extra aandacht voor het bevorde ren van de zelfredzaamheid en participatie van mensen met een beperking, chronisch psychische of psychiatrische problemen en van zorgbehoevende ouderen. Door het, waar nodig, bieden van passende ondersteuning kunnen deze mensen zo lang mogelijk in hun eigen leefomgeving blijven wonen en kunnen zij blijven meedoen in de maatschappij; ą meer samenhang tussen voorzieningen, een integraal aanbod van voorzie ningen, betere samenwerking van de verschillende professionals en verbe tering van de kwaliteit van de zorg en de ondersteuning aan burgers in hun directe omgeving – kortom: maatwerk leveren. Vergeleken met de Wmo uit 2007 krijgen volgens het scp (Sociaal en Cultureel Planbureau) in de Wmo 2015 de begrippen zelfredzaamheid en participatie nog meer nadruk om duidelijk te maken wat in beginsel van de burger zelf verwacht wordt. Inwoners met een hulpvraag kunnen niet meer als vanzelfsprekend een beroep doen op de overheid, maar moeten eerst zelf met hun sociaal netwerk tot een oplossing proberen te komen: 1.1.3 Doelen en uitgangspunten Met het aanpassen van de awbz en de Wmo 2015 beoogt de regering:

‘De eigen verantwoordelijkheid van de burger en de mogelijke hulp vanuit zijn sociale netwerk staat veel nadrukkelijker voorop. De gemeente is alleen aan zet

28