Jan de Bas & Frank Brinkman - Geschiedenis InZicht

1.3  De hunebedbouwers

Vragen bij dit voorbeeld 1 Waarom illustreert deze tekst de bewering dat de kennis van de Pre historie hypothetisch is? 2 Zou je deze informatie over hunebedden doorgeven aan leerlingen van groep 6?

tot 3000 vC 3000 vC-500 500-1000 1000-1500 1500-1600 1600-1700 1700-1800 1800-1900 1900-1950 1950-heden

Figuur 1.7 Een dorpje van de hunebedbouwers (wandplaat van J.H. Isings)

De hunebedbouwers woonden in boerderijen aan de rand van een open bos, op de zandgronden van Drenthe. De hunebedbouwers maakten de hune bedden van zwerfkeien die hier in de IJstijd door gigantische ijsverschui vingen uit Scandinavië terecht waren gekomen. Rondom de zandgronden bevonden zich veenmoerassen, waar de nodige overblijfselen van de cultuur van de hunebedbouwers zijn achtergebleven. Aan de hand van vondsten in Zweden en Duitsland is een dorp van de hunebedbouwers te reconstrue ren. Een dorp bestond uit ongeveer drie huizen, waarin circa twintig men sen per huis woonden. De huizen waren ongeveer dertien meter lang en vijf meter breed. Rondom de huizen lagen akkers, waar vooral vrouwen het land bewerkten. De meeste mannen gingen eropuit om te vissen en te jagen. De hunebedbouwers hielden ook vee, zoals runderen, schapen en geiten. De dieren dienden als voedsel en werden gebruikt om kleding en gereed schappen van te maken. Ook werden dieren ingezet om wagens te trekken. De hunebedbouwers beschikten dus over wielen. Archeologische vondsten wijzen erop dat de hunebedbouwers in Drenthe contact onderhielden met verwante volken in Zweden, Denemarken en Duitsland. Er zijn houten wie-

| 27

Made with FlippingBook Learn more on our blog