Siep van der Werf & Jan Kok - Werken aan wonen

1.4 De glorietijd van de sociale woningbouw (1970-1995)

welvaart en individualisering zorgden vervolgens voor een daling van de gemiddelde woningbezetting en daarmee voor een sterkere stijging van de woningbehoefte dan voorzien. Jongeren gingen eerder uit huis en eisten een zelfstandig recht op een woning. In de jaren 70 werd met de nota Huis vesting Alleenstaanden en Tweepersoonshuishoudens in het beleid ruimte aan deze categorieën gegeven. Met de komst van immigranten uit Suriname, de Nederlandse Antillen, Marokko en Turkije steeg ook de vraag naar woningen. Vooral de behoefte aan grote woningen voor kinderrijke gezin nen nam toe, terwijl die juist minder in de nieuwbouwprogramma’s waren opgenomen. De urgente behoefte aan woningen is niet gelijkmatig over Nederland verdeeld. In de grote steden is er een tekort, omdat daar veel mensen willen wonen vanwege studie, werk en de aantrekkingskracht van de stad. In de randen van ons land is veel makkelijker aan een woning te komen en liggen de prijzen aanzienlijk lager. In het zuiden van Limburg, het noord-oosten van Groningen en in Zeeuws-Vlaanderen is er sprake van een krimpende bevolking, waardoor er woningen leegkomen en huizen ook moeilijk te ver kopen zijn. Na 1945 wilde de overheid alles op alles zetten om veel nieuwbouwwoningen met een lage huur te realiseren. Als de kosten volledig zouden zijn doorbere kend, waren de huren te hoog uitgekomen. Daarom verleende men object subsidies en werden de huren zo kunstmatig laag gehouden. In tabel 1.1 was te zien hoe de woningvoorraad groeide en hoe daarbij het aantal woningen van de corporaties in de vorige eeuw toenam en in deze eeuw naar verhouding weer daalde. Het aandeel particuliere verhuur nam in de tweede helft van de vorige eeuw sterk af. Objectsubsidies komen per definitie alle huurders van de betreffende wo ningen ten goede. Zo werd ook de huurprijs gedrukt van bewoners die wel meer zouden kunnen betalen. Het is een continue beleidsvraag: hoe verkrijg je een betaalbare voorziening voor de mensen met een laag inkomen, zonder dat de mensen met een hoger inkomen ten onrechte daar ook van profiteren? In de jaren 70 was tevens de subjectsubsidie ingevoerd om de lagere inko mens te helpen bij het vinden van een betaalbare woning, dit ondanks de objectsubsidie. Dat was de individuele huursubsidie (tegenwoordig huur toeslag ), speciaal voor huurders met een laag inkomen (zie 3.2.2 en 3.5.3). De huren konden zo wat marktconformer worden, want de huurders die de

1.4.2 Beleid van subsidies en regels voor woonruimteverdeling en huurprijzen

29

Made with FlippingBook HTML5