Lotte Minnema - Woordenstroom

woord niet vergeet, er genoeg over weet en het snel en makkelijk kan inzetten bij het spreken, luisteren, lezen en schrijven (Bossers, 2011). Behalve dat de cursist zelf met woorden aan de slag moet gaan, doet de docent er goed aan om ook in de les herhaling in te bouwen. Toch schiet dat er in de praktijk vaak bij in, omdat docenten nogal eens denken dat herhaling van woorden (te) veel tijd in beslag neemt. In dit boek vind je veel activerende werkvormen voor woordenschat die weinig voor bereidings- en lestijd kosten en dus snel en makkelijk inzetbaar zijn in elke taalles. Door het gebruik van deze werkvormen kun je cursisten met verschillende leervoorkeuren aanspreken, motiveren en laten leren door te doen. Door te variëren met werkvormen maak je je lessen afwisselender en prikkelender. Zo wordt het onderdeel woorden leren leuk!

Woorden selecteren

Aan welke woorden besteed je veel aandacht in de les? Welke woorden moeten je cursisten leren?

Bij het selecteren van woorden die geleerd moeten worden, is het nut ervan voor de doelgroep een belangrijk criterium. Niet alle woorden zijn voor iedereen relevant. Een expat die in een Engelstalig bedrijf werkt en alleen bij de koffieautomaat Nederlands spreekt heeft andere woorden nodig dan een Indiase verpleegkundige die in een Ne derlands ziekenhuis gaat werken. Een ISK-leerling die in het Nederlandse onderwijs wil instromen leert andere woorden dan iemand die een cursus ‘Spaans voor op vakantie’ volgt. Behalve het nut voor de doelgroep is ook frequentie een belangrijk selectiecriterium. De hoogfrequente woorden van het Nederlands (de basiswoorden) zijn de woorden die je het vaakst zult tegenkomen. Die zijn dus voor iedere cursist relevant. In veel leergan gen is al een selectie van woorden gemaakt op basis van frequentie en nut. Wie werkt met materiaal waarin niet systematisch aandacht wordt besteed aan woordenschat, heeft voor het Nederlands wellicht iets aan de volgende lijsten. Ter vergelijking: bij taal niveau A2 hoort een receptieve woordenschatomvang van circa 2.000 woorden, bij B1 een van circa 5.000 woorden en bij B2 een van circa 12.000 woorden (Bossers e.a., 2015). ■■ De 2.000 basiswoorden van het Nederlands staan in het Basiswoordenboek Neder lands (De Kleijn & Nieuwborg, 2001). Ze zijn ook verspreid opgenomen in het Poc ketwoordenboek Nederlands als tweede taal (Verburg & Stumpel, 2013) en worden daarin aangeduid met bolletjes. ■■ A Frequency Dictionary of Dutch (Tiberius & Schoonheim, 2014) bevat een lijst met de 3.000 meest frequente woorden van het Nederlands.

17

Made with FlippingBook Learn more on our blog