Rosemarie Buikema & Liedeke Plate (red.) - Handboek genderstudies in media, kunst en cultuur

Deel 1 – Debatten

2 Sartre en De Beauvoir waren niet alleen elkaars levensgezellen. Zij waren beiden en gelijktij dig sterstudenten filosofie aan de Sorbonne en de prestigieuze École Normale Supérieure te Parijs en maakten sinds hun studietijd deel uit van min of meer dezelfde vriendengroepen. Ze richtten samen het linkse tijdschrift Les temps modernes op, publiceerden veel samen en lazen elkaars werk voordat het naar de drukker ging. Omdat hun beider denken zich vanaf een vroeg moment samen ontwikkeld heeft, specu leren Beauvoir-kenners over het aandeel van De Beauvoir in de ontwikkeling van Sartres existentialisme. Wat staat er, bijvoorbeeld, in haar scriptie? Deze bevindt zich nog altijd in een kluis die wordt beheerd door Le Bon. Beauvoir-kenners wekken de suggestie dat in deze scriptie wel eens de vroegste formulering van het existentialisme te vinden kan zijn. 3 In mijn werk heb ik dit patroon ‘jumping generations’ genoemd (zie Van der Tuin 2006).

Onderzoeksvragen

1 Is er in je opleiding aandacht besteed aan feminisme? Zo nee, waaraan kan dat lig gen? Zo ja, waarmee wordt ‘feminisme’ dan geassocieerd? Verwijs in je antwoord naar een tekstboek uit een inleidend vak dat je in je eerste studiejaar hebt gevolgd.

2 Wat zijn je eigen associaties bij de term ‘feminisme’? Zou jij jezelf een feminist noe men?

3 ‘On ne naît pas femme, on le devient.’ Hoe beïnvloedt dit citaat van Simone de Beauvoir de manier waarop wij over gender denken?

38