Marilene Gathier en Marieke Goedegebure - Beter Nederlands spreken
Herhaal deze oefening met een Nederlander.
OEFENING 22 ■ Herhaling
Bij de nummers 1-10 hierna staan woorden en woordgroepen. Doe daarmee de volgende oefeningen:
a Maak een goede zin. Begin met het zinsdeel met de hoofdletter. b Luister naar het geluidsfragment. Klopt jouw zin? c Luister nog een keer en onderstreep de lettergrepen die nadruk in de zin krijgen. d Controleer in de sleutel. e Zeg de zin na. Neem dat op. f Luister naar jouw opname en naar het geluidsfragment. Klinken ze hetzelfde?
1 Wij / je nieuwe buren / zijn / .
2 U / de nieuwe buurman / bent / ?
3 Mijn man / en mijn dochter / hier ook / wonen / .
4 Zij / een baantje / bij een supermarkt / heeft / .
5 Wij / nog geen kinderen / hebben / .
6 Komen / jullie / een keer bij ons / koffiedrinken / ?
7 Hij / ons oude huis / mist / .
8 Dat / niet / begrijp / ik / .
38
Made with FlippingBook flipbook maker