Broddelen - Yvonne van Zaalen en Coen Winkelman

2.2.11 Auditieve vaardigheden

52 53 53 54 54 54 55 55 56 56 56 57 57 57 58 59 59 63 63 64 65 66 66 67 68 70 73 77 77 78 57

2.2.12 Cognitieve en emotionele karakteristieken 2.2.13 Woordvindingsmoeilijkheden Factoren die het spreektempo beïnvloeden

2.3

2.3.1 Linguïstische factoren

2.3.2 Fonetische en fonologische aspecten

2.3.3 Cognitieve aspecten 2.3.4 Zelfbeeld van de spreker

2.3.5 Psychiatrische, neurologische en endocriene aandoeningen

2.3.6 Motivatie en emotie

2.3.7 Leeftijd

3 Diagnostiek

3.1 3.2

Inleiding

Checklist Broddelkenmerken (CBK) en anamnese 3.2.1 Checklist Broddelkenmerken

3.2.2 Anamnese

3.3

Onderdelen van het diagnostisch onderzoek

3.3.1 Spontane spraak 3.3.2 Hardop lezen 3.3.3 Navertellen 3.3.4 Schrijven

3.3.5 Spraakmotorische controle op lettergreep- en woordniveau 3.3.6 Spraakanalyse PRAAT 3.3.7 Gemiddeld articulatietempo (GAT) 3.3.8 Cognitieve factor: Profiel Broddelernst

3.4

Differentiaaldiagnostiek

3.4.1

Stotteren

3.4.2 Leermoeilijkheden

3.4.3 Tachylalie

3.4.4 Spraakontwikkelingsdyspraxie 3.4.5 Taalontwikkelingsstoornissen 3.4.6 Neurogeen broddelen en dysarthrie 79 3.4.7 Broddelen of stotteren bij downsyndroom 80 3.4.8 Fragiele-X-syndroom 81 3.4.9 Gilles-de-la-tourettesyndroom 82 3.4.10 Autismespectrumstoornis (ASS) 83 3.4.11 Neurofibromatose-1 84 3.4.12 Attention deficit hyperactivity disorder (ADHD) 84

Made with FlippingBook Ebook Creator